Maar laat je loopbaankeuzes niet zondermeer bepalen door die dobbelsteen

 

The Dice Man is een cultuurklassieker die je leven kan veranderen.

Laat de dobbelsteen beslissen! Dat is de filosofie die het leven verandert van de verveelde psychiater Luke Rhinehart.

En die ook jouw leven kan veranderen, want als je je beslissingen laat afhangen van een dobbelsteen, dan kan er van alles gebeuren.

 

Verruim je denken met een dobbelsteen

 

Michiel Waaijer wilde dat wel eens uitproberen en zien wat er gebeurt als je je gedrag laat bepalen door een dobbelsteen.

Hij schreef erover in NRC van 23 oktober 2006.

Zes mogelijke scenario’s bedacht hij voor zijn sollicitatiegesprek, afhankelijk van het aantal ogen dat hij met de dobbelsteen zou gooien:

  1. Leg steeds de nadruk op het gesprek zelf.
  2. Wees trots op je mislukkingen in plaats van op je successen. Geef aan dat je graag fouten wil maken in deze functie.
  3. Wees alleen geïnteresseerd in de persoon waarmee je het gesprek voert.
  4. Raadpleeg kans bij elk antwoord dat je geeft.
  5. Stel alleen vragen die niets met het gesprek te maken hebben.
  6. Doe volslagen lyrisch over de baan.

 

Hij was uitgenodigd voor een gesprek bij Newpeople in Amsterdam.

Omdat hij drie ogen had gegooid met de dobbelsteen houdt hij zich keurig aan het scenario ‘houd-je-niet-bezig-met-de-functie-maar-leer-je-recruiter-kennen’.

Michiel arriveert op het gesprek in joggingpak. Dat is al goed mis.

Want zoals je weet: de eerste indruk telt.

Op de vraag wat hij wil drinken antwoordt hij: ‘vloeistof’. En hij krijgt de poppen helemaal aan het dansen als hij de humanresourcemanager met wie hij het sollicitatiegesprek voert, probeert te omhelzen.

Hij vraagt aan haar hoe lang ze al bij het bedrijf werkt, hoe oud ze is, waar ze vandaan komt, of ze haar werk leuk vindt en of hij, stel dat hij aangenomen wordt, met haar komt samen te werken.

Hij vraagt hoeveel ze verdient en of dat ook zijn salaris wordt. En hij vraagt hoopvol of ze later nog eens wat samen kunnen gaan drinken.

 

Helaas wordt hij op basis van het gesprek niet aangenomen.

Michiel kan haar geen ongelijk geven. Volgens de conventies bij het krijgen van een baan heeft hij immers gefaald.

 

Overigens laat Michiel het niet bij dat ene experiment. Voor hem als Dice Man zijn maatschappelijke regels ondergeschikt aan nieuwe ervaringen.

En is bijvoorbeeld een sollicitatiegesprek net als poker: het kan op talloze manieren worden gespeeld.

 

Ik wil zeker niet propageren en stimuleren dat je net als Michiel Waaijer het experiment aan zou moeten gaan met betrekking tot baanverwerving. En je gedrag en loopbaankeuzes zou moeten laten bepalen door een dobbelsteen te laten rollen.

Maar het denken in mogelijke scenario’s zoals bij de Dice Man, anders dan de meest voor de hand liggende, is een goede manier om je creatieve denken te ontwikkelen en je blik te verruimen.

Dat geldt niet alleen met betrekking tot mogelijkheden qua werk, maar ook als hulpmiddel om te komen tot een keuze.

 

Want kiezen voor een opleiding, baan of loopbaan vinden veel mensen moeilijk. Ze willen vooral een goede keuze maken en zijn dan geneigd om te denken dat weloverwogen kiezen nodig is.

Maar het kan heel goed zijn dat je rationeel goed gekozen hebt, maar dat je keuze toch niet goed voelt, dat je keuze niet op zijn plek valt en misschien helemaal mis is.

Kies je namelijk louter rationeel, dan maak je geen verbinding met je gevoel. Aan de andere kant: vertrouw je blindelings op je intuïtie, dan loop je het risico in een diep gat te stappen.

Voor je welbevinden is het belangrijk dat een keuze niet alleen een verstandige, rationele keuze is, maar dat die keuze ook goed voelt.

 

Het helpt daarbij om de blik op je mogelijkheden te verruimen. En overeenkomstig de werkwijze van de Dice Man zes opties voor jezelf te formuleren. In plaats van die ene optie of die twee opties die je misschien voor jezelf hebt geformuleerd.

Zo zijn er in mijn optiek zeker alternatieve scenario’s te bedenken in plaats van bijvoorbeeld je werkgever te laten horen dat je een andere rol wilt in de organisatie en dat ontslag nemen voor jou ook een optie zou kunnen zijn.

Volgens mij loop je dan te hard van stapel. Maak even pas op de plaats en laat je gedachten gaan over vier alternatieve scenario’s die je kunt bedenken.

Wat dat betreft is het mooi om uit te gaan van de zes kanten van een dobbelsteen.

 

Waar je bij alternatieve scenario’s zoal aan kunt denken lees je in mijn boek ‘WAT WIL IK NU ECHT?

Laat je inspireren en voorkom dat je door een beperkte blik op je mogelijkheden overhaast besluiten neemt.

 

 

 

 

Een zestal tips, ideeën om je op weg te helpen

 

Wat te doen als je goed bent in je werk, maar er geen voldoening uit haalt?

Als je je baan vreselijk vindt, maar wel een vorstelijk salaris hebt?

Of als je niet gelukkig bent met je werk, omdat je je werk niet zinvol vindt?

 

Die vragen kunnen je behoorlijk bezighouden. Het kan zijn dat je als persoon niet meer past bij het werk dat je doet. Dat je er niet meer gelukkig mee bent.

Maar ook al weet je dat het werk dat je doet niet optimaal meer bij je past, het is lang niet altijd gemakkelijk om te veranderen van werk.

Het is veel gemakkelijker om je situatie te laten zoals die is. Ik hoor dat ook met regelmaat in mijn gesprekken met potentiële klanten.

Hoe dat werkt, lees je in mijn artikel.

 

En ook al is het niet gemakkelijk om je situatie qua werk te veranderen, ik geef je een zestal tips die je kunnen helpen om een verandering in gang te zetten en persoon en werk te reconnecten.

Daarbij heb ik me laten inspireren door een video van Roman Krznaric.

 

Persoon en werk reconnecten; hoe pak je dat aan?

photo by: tourist_on_earth

 

Een nieuwe koppeling tussen persoon en werk rond je veertigste is helemaal niet vreemd

 

Als je een studie gedaan hebt en na afstuderen een keuze maakt voor werk, kun je maar moeilijk inschatten hoe je je in de toekomst zult ontwikkelen.

Op je 35e of 45e kunnen bijvoorbeeld je leefomstandigheden, je interesses en waarden totaal veranderd zijn. Zodanig veranderd, dat wie jij bent als persoon niet meer past bij het werk dat je doet.

 

 

Maar weinig mensen durven gaande hun loopbaan de bakens echt te verzetten en een nieuwe koppeling te maken tussen persoon en werk

 

Wist je, dat uit onderzoek van het UWV blijkt dat afgelopen jaar bijna 1,5 miljoen mensen wisselden van baan? Dat komt neer op één op de vijf werknemers.

En dat zijn dan mensen die écht stappen hebben gezet. Groter is het aantal mensen dat wel zou willen veranderen van baan, maar om wat voor reden dan ook terugschrikt voor de mogelijke gevolgen.

 

Mensen blijken van nature eerder risicomijdend dan risiconemend.

Verliezen heeft kennelijk twee keer zo veel impact op ons als winnen. Of we nu in een casino zitten of denken aan een andere baan.

Bij het maken van keuzes zijn we dan ook geneigd om te overdrijven wat er mis kan gaan. En we leggen kennelijk graag het accent op zwakke punten en risico’s.

In een van mijn vorige artikelen besprak ik al een zevental woorden of zinnen die je uit je vocabulaire zou moeten schrappen, als je iets aan je situatie wilt veranderen en gelukkig wilt zijn met je leven en werk.

Wil je daadwerkelijk een verandering in je situatie bewerkstelligen, dan moet je stevig in je schoenen staan. Temeer omdat je omgeving geneigd is om jou te beschermen tegen risico’s. Jouw omgeving zal je over het algemeen dan ook eerder weerhouden van het zetten van stappen, dan dat stimuleren.

 

Er valt zoveel te kiezen met betrekking tot je loopbaan, dat het heel begrijpelijk is dat je in verwarring raakt.

En dat je bang bent spijt te krijgen van je beslissing. Maar die angst zorgt ervoor dat je maar blijft zitten waar je zit. Ook al ben je jouw baan ontgroeid of ben je helemaal niet gelukkig met je werk in relatie tot je privéleven.

 

 

Een zestal tips die je helpen om persoon en werk dichter bij elkaar te brengen

 

1.   Laat je keuze niet bepalen door testresultaten

Tests geven geen uitsluitsel over welk werk optimaal bij je past. In een eerder artikel heb ik daarover geschreven.

Roman Krznaric ageert zelfs tegen het gebruik van tests, omdat ze je op een verkeerd spoor kunnen zetten. Hij zegt dan ook: ‘Pas op met persoonlijkheidstests.’

 

2.   Vraag je af of je een high achiever of een wide achiever bent

Voel jij je meer een specialist op een specifiek terrein, een high achiever of ben jij breder inzetbaar?

 

Bij de wide achievers kun je ook denken aan wat men noemt de portfoliowerkers en de seriële specialisten.

Een portfoliowerker is iemand die verschillende banen tegelijkertijd heeft. Vaak op freelance basis. De portfoliowerker bouwt een veelzijdig pakket aan kennis en ervaring op. Hij kiest zelf aan wie hij zich verhuurt, voor hoe lang, voor welke taak en tegen welk tarief.

Een seriële specialist is een professional die veel expertise en competenties heeft in een aantal domeinen. Hij is geneigd om zich om de zoveel jaar in een nieuw domein te verdiepen en zich daarin te specialiseren. Hij bouwt daarbij voort op vroegere ervaringen en interesses.

Als je graag flexibel wilt werken, dan heb je niet alleen als portfoliowerker, maar ook als seriële specialist veel mogelijkheden. Je bent gemakkelijk inzetbaar. En dat is beslist niet verkeerd.

 

3.   Onderzoek hoe en waar jouw normen, waarden en talenten aansluiten bij de behoeften in de maatschappij

Vraag je af hoe je je talenten het best kunt inzetten, in overeenstemming met je normen en waarden.

Waar de behoeften van de wereld en je talenten elkaar kruisen ligt je roeping.’ (Uitspraak van Aristoteles).

Om ook op de lange termijn voldoening te ervaren in je werk, is het belangrijk dat het werk aansluit bij jouw persoonlijke missie, your bigger why.

Meer over your bigger why lees je in mijn artikel Waarom doe je wat je doet?.

 

4.   Zoek flow-ervaringen

Als je in the flow bent, ga je zo op in wat je doet, dat je alles om je heen vergeet.

Wil je goed in kaart krijgen op welke momenten of bij welke activiteiten jij flow ervaart? Houd dan eens een flow-dagboek bij en houd bijvoorbeeld eens dertig dagen bij, wat je vooral erg leuk vond om te doen.

Overigens kun je in bijna elke baan meer flow creëren door jezelf doelen te stellen. En eventueel kun je flow ook buiten je baan zoeken. Daardoor kan je werk ook in een ander daglicht komen te staan.

 

5.   Handel eerst, reflecteer later

Of anders gezegd: probeer ervarenderwijs uit wat je voldoening geeft.

Wil je ervaren of iets echt bij je past? Kijk dan of je als proef vrijwilligerswerk kunt doen in de richting die jou voor ogen staat. Of kijk of je met een professional mee kunt lopen.

 

6.   Bouw ander werk geleidelijk aan op

Houd je baan en ga daarnaast experimenteren in de nieuwe richting die jou voor ogen staat. Roman Krznaric noemt dat vertakken.

Vraag je af wat je morgen of volgende maand al kunt doen om zo’n vertakking te realiseren.

 

Heb jij het gevoel dat het werk dat je nu doet niet meer bij je past en dat het tijd is om persoon en werk te reconnecten?

Wil jij stapsgewijs en gestructureerd werk maken van ander werk?

Bel (06-54762865 / 0575-544588)  of e-mail ([email protected]) me voor het maken van een afspraak voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Het risico van wachten met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is

 

“Binnen mijn huidige baan loop ik tegen een aantal obstakels aan. Ik heb veel last van lichamelijke klachten, vooral hoofdpijn. Ik ben me al een tijd aan het oriënteren op ander werk, maar ik weet niet goed waar te beginnen. Wat past bij mij? Wat is te realiseren? Kan ik dit werk blijven doen, maar zonder de klachten?”

Annemiek trekt tijdig aan de bel. Maar dat geldt beslist niet voor iedereen.

Jij kent ze vast ook in jouw omgeving; mensen die maar doorgaan in hun werk, ook al valt het werk hen heel erg zwaar. Totdat hun lijf op een gegeven moment aangeeft dat het echt genoeg is en werkt als een noodrem.

Misschien herken je jezelf in de omschrijving. Gedreven als je bent, ben je vooral aan het geven zonder dat je daar veel voor terugkrijgt. Met het risico dat je leegloopt.

Het is beter om dat te voorkomen en tijdig te veranderen van baan, voordat het te laat is.

Wacht dus niet met het dempen van de put tot het kalf verdronken is.

 

Wacht niet met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is

 

Bekijk tijdig of je jouw baan zo kunt kneden dat die weer beter bij je past

 

Onderzoek of je kunt jobcraften; je baan zo kunt modelleren dat die weer beter bij je past.

Om je baan te veranderen, hoef je niet altijd direct van baan te veranderen.

Een tweetal artikelen op mijn blog geven je handreikingen hoe je dat daadwerkelijk kunt doen.

In het eerste artikel leer je een diagnose maken van je huidige werk en krijg je inzicht, waar je aan kunt ‘sleutelen’ om je werk passender te maken.

In een volgend artikel leer je hoe je de voor jou problematische aspecten van je werk aan kunt pakken en de knelpunten op kunt lossen.

 

 

Wat als jobcraften geen perspectief biedt op een passender baan

 

Het kan zijn, dat je al tot de conclusie gekomen bent dat je jouw baan niet passend kunt maken. Dat je dus moet veranderen van baan.

Zo kwam bijvoorbeeld een van mijn coachklanten na een werkperiode van vijf maanden in een nieuwe baan, tot de conclusie dat zowel de werkomgeving als de inhoud van de functie niet bij haar passen.

En dat ze beide niet kan veranderen.

Voor haar was het dan ook een logisch besluit om te veranderen van baan. Ook al had ze een contract voor onbepaalde tijd, in goed overleg met haar werkgever is zij gekomen tot contract beëindiging.

Een heel wijs besluit. Ook een krachtig besluit.

Menigeen is geneigd om in zo’n situatie toch maar door te gaan en zich te schikken in zijn lot. Te kiezen voor de zekerheid van een vaste baan, in plaats van te kiezen voor werk dat inhoudelijk en qua werkomgeving bij je past en dat voldoening geeft.

Inherent aan het besluit van mijn coachklant is dat ze de onzekerheid van het vooralsnog niet hebben van een passend alternatief, voor lief neemt. Maar vanuit een basishouding van zekerheid dat die passende baan er gaat komen, wordt daaraan doelgericht gewerkt.

 

 

Jouw persoonlijke missie als meetlat

 

Werk is onderdeel van je leven. Werk is niet je leven.

Dat is mijn visie en die draag ik graag uit.

Naast werk zijn er andere levensterreinen die belangrijk voor je zijn. Denk bijvoorbeeld aan je gezondheid, je relaties, je hobby’s, persoonlijke ontwikkeling.

Heb je jouw persoonlijke missie scherp, dan kun je keuzes daaraan afmeten.

Is werk bijvoorbeeld voor jou zodanig belangrijk dat je jouw gezondheid daarvoor wilt schaden? Dat je door wilt blijven gaan in de ogenschijnlijk mooie baan, terwijl je slecht slaapt, weinig energie hebt, je moe voelt? Zelfs de ervaring hebt van hyperventilatie?

Dat jij en je partner elkaar op werkdagen zo weinig zien dat je elkaar alleen ’s avonds tegenkomt bij het tandenpoetsen op de badkamer?

Is dat de prijs die je wilt betalen voor het aanzien, de status van een mooie baan en het daarbij passende inkomen?

Is je antwoord nee, durf dan in je eigen spiegel te kijken en trek je conclusies.

 

 

Anticipeer op ontwikkelingen in jezelf en in je omgeving

 

Wachten met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is, is een risico.

Het is wijs om te anticiperen op ontwikkelingen.

Gelukkig heb ik daar ook mooie voorbeelden van.

Zo mailde Johan mij:

“Op dit moment zijn er veel veranderingen en als gevolg daarvan ben ik voor de 3e keer ‘actief mobiel’. Ik merk dat ik de behoefte heb om verder te kijken naar de mogelijkheden van een nieuwe baan”.  

 

En zo had ik bijvoorbeeld ook een gesprek met Joris, waarna ik een voorstel voor een loopbaantraject voor hem heb uitgewerkt:

Op dit moment heeft hij het goed naar zijn zin in zijn werk. Maar zijn ervaring heeft hem geleerd dat hij na een tijdspanne van een jaar of drie, vier geneigd is om weer ‘naar buiten te kijken’ en op zoek te gaan naar een nieuwe uitdaging.

Voor hem is dat aanleiding om een beroep te doen op mij. En in een begeleidingstraject bewust stil te staan bij de vraag ‘Hoe wil ik verder in mijn loopbaan?

Vooralsnog gaat hij uit van de organisatie waar hij nu werkt. Want die organisatie wil hem graag behouden en hij heeft het er goed naar zijn zin.

 

Kortom

 

Wacht niet met het dempen van de put tot het kalf verdronken is.

Voorkom een burn out of een bore out.

Wacht ook niet met werk maken van ander werk tot je door gedwongen ontslag bij reorganisatie voor het blok wordt gezet. En dan op stel en sprong werk moet zien te maken van ander werk.

Stuur daarom tijdig bij en anticipeer op ontwikkelingen.

 

 

 

Zou je wel ander werk willen, maar heb je geen idee hoe dat andere werk eruit zou kunnen zien?

Laat het me horen. Klik op deze link en boek een afspraak in voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

 

Waarom van tijd tot tijd veranderen van baan goed is voor je carrière, maar jobhoppen een valkuil kan zijn

 

Je leven lang hetzelfde werk doen bij een en dezelfde werkgever, dat houdt de huidige werkende generatie niet snel meer voor mogelijk. Zeker niet de millennials.

Ikzelf ken het nog goed. Van mijn vijf broers bijvoorbeeld zijn er drie tot hun pensioen gebleven bij de werkgever en in de functie, waarin ze na hun afstuderen zijn gestart. Voor de andere twee geldt dat ook min of meer. Zij het dat de een de overstap maakte van werk vanuit een detacheringsorganisatie naar een baan in loondienst bij een van de klanten. En de ander meegroeide met de ontwikkelingen in het bedrijf en zijn functie zich mee ontwikkelde.

Zij waren beslist niet de enigen voor wie dat geldt. Ik kan zo nog veel andere voorbeelden noemen.

Nu kijken we daar anders naar. En kunnen we ons vaak niet goed voorstellen dat je zo lang bij een en dezelfde werkgever blijft hangen. En doe je dat wel, dan heb je misschien weleens de vraag gekregen of het niet eens tijd is om je bakens te verzetten.

Van tijd tot tijd veranderen van baan is inderdaad goed voor je carrière. Maar het is ook goed om daarin niet door te schieten en je bewust te zijn van de mogelijk negatieve effecten van jobhoppen.

 

 

Een kleine ‘Great Resignation’ in Nederland

 

‘In Nederland heeft een kleine Great Resignation plaats gevonden’, aldus de kop van een artikel op de site van het UWV.

In 2022 telde Nederland anderhalf miljoen baanwisselingen. Een op de vijf werknemers wisselde in 2022 van werkgever. Werknemers met een flexibel contract wisselden vaker van baan dan werknemers met een vast contract. Ook kozen meer mensen voor werk als zelfstandige.

Men vermoedt dat de Great Resignation in Amerika te maken had met de coronaperiode. Na die periode zochten veel mensen ander werk. Mogelijk omdat ze in de coronaperiode ervaren hadden hoe fijn het is om thuis te kunnen werken. En wat het effect van thuiswerken is op de balans tussen hun werk en privé.

In Nederland ervaren werkenden over het algemeen een betere balans tussen werk en privé. Vergeet niet dat Nederland kampioen parttime werken is en dat er kennelijk geen land in Europa is waar zo veel vanuit huis wordt gewerkt als in Nederland.

In Nederland ligt de verklaring voor de vele baanwisselingen in 2022 daarom vooral bij de toegenomen krapte op de arbeidsmarkt.

 

 

Het is goed om op tijd te stoppen met iets dat niet langer voor je werkt of niet langer bij je past

 

Van tijd tot tijd veranderen van baan is goed voor je carrière.

Naast dat, kan het ook goed zijn voor je gezondheid. Want te lang doorgaan met iets dat niet voor je werkt is onverstandig en ongezond, zowel fysiek als mentaal.

Ik begrijp heel goed dat je aarzelt om zomaar je baan op te zeggen, maar je moet voorkomen dat je het momentum verliest.

Wanneer is dat? Vaak zijn er signalen die daarop wijzen en het is zaak om die signalen serieus te nemen.

Misschien kun je uit eigen ervaring een aantal signalen noemen. Misschien helpt het je om je te laten inspireren door signalen die ik met enige regelmaat hoor van mijn coachklanten. Signalen die voor hen vaak ook aanleiding zijn om contact op te nemen met mij als loopbaancoach. Een aantal voorbeelden daarvan lees je hier.

 

 

Van tijd tot tijd veranderen van baan; goed voor je carrière of een valkuil?

 

Onlangs had ik een coachgesprek met een klant die jarenlang als interimmer heeft gewerkt.

Dan is het niet vreemd als je bij je werkervaring voorbeelden hebt staan qua tijdsomvang variërend van vier maanden tot een jaar en een aantal maanden.

Maar heb je steeds in loondienst gewerkt, dan roepen zulke korte tijdsbestekken bij potentiële werkgevers vragen op. Want waarom ben je zo vaak van baan gewisseld? Of beter gezegd: ‘Wat maakte in de diverse banen die je hebt gehad, dat je daar zo snel weer bent vertrokken?’

Dat doet me denken aan een vraagtechniek die ik leerde van recruiters. Bij de techniek doorloop je chronologisch iemands werkervaring op zijn cv aan de hand van drie vragen.

De vragen lijken heel feitelijk, maar als respondent laat je in je antwoorden veel van jezelf zien. En als selecteur maak je jouw eigen interpretaties.

In een van mijn vorige artikelen kun je lezen welke drie vragen dat zijn en hoe ze werken.

 

 

Werkgevers staan overwegend negatief tegenover jobhoppen

 

Ook is het goed om je te realiseren dat werkgevers overwegend negatief staan tegenover jobhoppen. Dat blijkt uit onderzoek.

Het is zelfs zo dat iets minder dan 70% van de werkgevers uit het onderzoek, sollicitanten niet uitnodigt voor een gesprek, als ze zien dat iemand vaak van baan is gewisseld.

Als ik me verplaats in een werkgever, dan kan ik me daar iets bij voorstellen. Werving en inwerken van nieuwe medewerkers vraagt een investering. Een investering, niet alleen van de werkgever, maar ook van zittende collega’s.

Onlangs hoorde ik nog van een coachklant hoe vervelend het kan zijn als je een nieuwe collega hebt ingewerkt en die dan na korte tijd weer vertrekt.

Voorkom dus dat je een cv opbouwt met veel korte werkverbanden.

 

 

Heb je een cv met veel korte contracten omdat je eigenlijk ook niet goed weet wat voor werk écht bij je past en in welke werkomgeving jij goed gedijt?

Voorkom dat je blijft jobhoppen.

Gun jezelf de ruimte om te reflecteren over wat je écht wilt en wat écht bij je past.

Kun je daarbij wel wat hulp gebruiken? Bel (0575-544588/ 06-54762865) of e-mail ([email protected]) me voor het maken van een afspraak voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Het is goed om je bewust te zijn van onzekerheden bij het maken van een loopbaanswitch

 

De zomer, met name de vakantieperiode, biedt volop gelegenheid om te mijmeren over hoe je verder wilt in je loopbaan.

Of je nu op vakantie gaat of lekker thuisblijft en geniet van de rust en het niets hoeven.

Je bent uit je werkritme en je omgeving ziet er door de vakantieperiode anders uit. Of je op een andere plek bent of thuis.

Voor mij betekent de vakantieperiode dat het rustiger is wat werk betreft en dat ik meer ruimte heb in mijn agenda om naar eigen behoeften in te vullen. Dat doet me ook weer aan den lijve ervaren wat belangrijk voor me is, waar ik meer aandacht aan wil besteden en waaraan minder. Of waarmee ik zou willen stoppen.

Geldt dat ook voor jou?

Misschien kom je als resultaat van het mijmeren over je werk tot de conclusie, dat je nu écht een loopbaanswitch wilt maken. Ook al word je mogelijk geconfronteerd met twijfels. Die twijfels en het daarmee omgaan zijn onderdeel van het proces.

 

onzekerheden bij loopbaanswitch

 

Onzekerheden hebben vaak iets irrationeels

 

Redenen om je onzeker te voelen hebben vaak te maken met bedenksels in je hoofd. Ze zijn dan niet logisch en niet gebaseerd op feiten.

Ik ervaar dat ook in mijn coachtrajecten. Als loopbaancoach is het dan mijn doel om tijdens het proces, door een koppeling te maken naar de feitelijkheid, het vertrouwen en de zekerheid in het welslagen van de loopbaanswitch te vergroten.

 

 

Onzekerheden waar je zoal tegenaan kunt lopen bij het maken van een loopbaanswitch

 

Het onderstaande is een hele lijst. Kijk wat je herkent en realiseer je dat je niet de enige bent, die daar last van heeft. Bovendien help ik je in een volgend artikel op weg om onzekerheden aan te pakken.

1. Angst voor het onbekende
Het loslaten van het bekende en het betreden van onbekend terrein kan angst en onzekerheid oproepen. Je wilt graag een switch maken, maar of je ook succesvol zult worden in je nieuwe loopbaan, dat is nog maar de vraag.

2. Gebrek aan specifieke richting
Het kan zijn dat je je onzeker voelt omdat je nog niet precies weet hoe je nieuwe werk eruit moet gaan zien. Je hebt wel een beeld van de richting, maar verder?

3. Onzekerheid over marktvraag
Mogelijk maak je je zorgen of in je nieuwe loopbaan werkgevers of opdrachtgevers wel zitten te wachten op mensen met jouw kwalificaties. Je bent er nog niet zo zeker van of er voor jou voldoende kansen en mogelijkheden zijn op de arbeidsmarkt.

4. Gebrek aan ervaring
Het ontbreken van ervaring in de nieuwe loopbaan kan twijfel oproepen. Met name twijfel of je voldoende ervaring kunt opbouwen om je te onderscheiden op de arbeidsmarkt.

5. Prestatiedruk
Misschien voel je je onzeker over je vermogen om te presteren in de nieuwe loopbaan. En vraag je je af of je überhaupt de nodige kennis en vaardigheden hebt om te slagen.

6. Angst voor mislukking
Angst om te falen kan je onzeker maken om een nieuw pad in te slaan. En ben je wel in staat om met eventuele tegenslagen om te gaan en succesvol te zijn in je nieuwe carrière?

7. Identiteitscrisis
Een loopbaanswitch kan invloed hebben op je gevoel van identiteit. Je kunt je onzeker voelen over wie je zal zijn in je nieuwe loopbaan en hoe dat je zelfbeeld beïnvloedt.

8. Financiële zorgen
Het veranderen van loopbaan kan financiële onzekerheid met zich meebrengen. Kun je hetzelfde salarisniveau behouden? Hoelang duurt het voordat je financiële stabiliteit bereikt in je nieuwe carrière?

9. Externe druk
Familie, vrienden of maatschappelijke verwachtingen kunnen bijdragen aan gevoelens van onzekerheid bij het maken van een loopbaanswitch. Want je omgeving vindt er geheid iets van en jij weet nog niet hoe anderen zullen reageren op je beslissing.

10. Gebrek aan zelfvertrouwen
Onzekerheid kan voortkomen uit een algeheel gebrek aan zelfvertrouwen. Dat je gaat twijfelen aan je capaciteiten, potentieel en geloof in jezelf om succesvol te zijn in een andere carrière.

 

 

Laat je niet van de wijs brengen door onzekerheden

 

Nogmaals, weet dat onzekerheden vaak te maken hebben met iets irrationeels. Met bedenksels in je hoofd.
De gevoelens van onzekerheid kun je zelf aanpakken door je niet te laten leiden door die bedenksels, maar door de feiten op een rij te zetten.
In een volgend artikel help ik je daarmee op weg.

 

Wil je snel resultaat en:

  • echt in beweging komen;
  • niet blijven hangen in ideeën in je hoofd, maar die omzetten in daden, zodat je droom qua werk werkelijkheid wordt;
  • leren van anderen en volop oefenen met het verwoorden van waar je goed in bent en wat belangrijk voor je is, zodat je je zekerder voelt in netwerk- en sollicitatiegesprekken – en je je daardoor beter kunt profileren;
  • inspiratie omdat je samen met anderen met eenzelfde thema bezig bent en anderen je kunnen wijzen op zaken die je zelf niet ziet, zodat je je zekerder voelt en vol vertrouwen werk kunt maken van ander werk;
  • door het kleine aantal (maximaal 6) deelnemers volop individuele aandacht van mij;
  • grootse resultaten boeken in relatief korte tijd?

 

Meld je aan voor de driedaagse training ‘Bouw je ideale loopbaan
Tot vrijdag 28 juli profiteer je van de bonus van de vroegboekers.

 

Wil je eerst je vragen aan me voorleggen?
Bel (0575-544588/ 06-54762865) of e-mail ([email protected]) me gerust.

 

 

 

 

Hoe je voorkomt dat je jezelf klem zet door je beperkende overtuigingen

 

Ik werk al bijna vier jaar in een functie die ik niet leuk vind.

Dat weet ik al vanaf het begin, maar ik vind het ongelooflijk moeilijk om iets anders te vinden omdat:

  • de studie die ik gedaan heb, zich moeilijk laat vertalen in concrete functies;
  • ik in mijn netwerk niemand ken die een functie heeft die ik ambieer of die haalbaar is voor mij;
  • ik een andere studie had moeten doen voor functies die ik leuk vind;
  • alsnog een andere studie doen voor mij niet haalbaar is”.

 

Varianten op deze uitspraken heb ik vaker gehoord.

Misschien herken jij jezelf erin. Heb je het gevoel dat je gevangen zit in werk dat niet bij je past. Dat je in een kringetje rond blijft draaien en je niet weet hoe je een uitweg kunt vinden.

Mogelijkheden om aan je huidige werk te ontsnappen heb je overwogen, maar het is alsof je weg steeds wordt versperd.

Er is alle kans dat jij het zelf bent die de versperringen opwerpt. Dat je door je beperkende manier van denken niet over gaat tot actie. Zodat je inderdaad niet verder komt. Ook al ben je jezelf daarvan niet bewust.

 

Door de dialoog aan te gaan met jezelf en met anderen kun je je bewust worden van vastzittende overtuigingen en die doorbreken.

Je komt weer in beweging. Je laat je niet langer verlammen door ideeën in je hoofd, maar je ziet weer mogelijkheden.

Zodat je daadwerkelijk stappen kunt zetten om je situatie te veranderen.

 

 

Dialoog; wat is het niet, wat is het wel?

 

Een dialoog is een gesprek tussen twee personen.

Of een gesprek tussen twee of meer partijen, instanties of groepen van personen. En je kunt ook het gesprek, de dialoog aangaan met jezelf.

 

Een dialoog is iets anders dan een babbeltje.

Bij een dialoog is er sprake van ontmoeten, open staan voor de ander, aandachtig luisteren.

Doel van een dialoog is om in persoonlijk contact ervaringen uit te wisselen en betekenissen te onderzoeken. Om zo te komen tot diepere of bredere inzichten.

 

Dialoog is ook iets anders dan een discussie of debat.

Bij een dialoog gaat het er niet om, om het met elkaar eens te zijn of te worden. Naar elkaar luisteren en het delen van ervaringen en mogelijkheden staan voorop.

Je overtuigt de ander niet vanuit een eigen standpunt, maar luistert aandachtig naar elkaars ervaringen en probeert te begrijpen. Meningen worden naast elkaar geplaatst in plaats van tegenover elkaar.

Verschillen maken de dialoog alleen maar dynamischer en interessanter. En nodigen uit om zaken verder te onderzoeken.

 

Dialoog is een instrument om te leren begrijpen hoe je denken functioneert.

Daarbij moet je denken breder zien dan alleen het rationele denken. Ook je gevoelens, emoties, bedoelingen en verlangens zijn onderwerp van onderzoek in een dialoog.

Met als doel: ontdekken, leren en begrijpen.

 

 

Interne dialoog: het in gesprek gaan met jezelf

 

Positief kritisch in gesprek gaan met jezelf is een manier om vastzittende overtuigingen op het spoor te komen en die te doorbreken.

Durf jezelf te bevragen over jouw denken. Een handig hulpmiddel daarbij zijn de vier vragen geënt op het gedachtegoed van Byron Katie.

 

Bijvoorbeeld als je denkt dat je niet weet waar je goed in bent:

  • Is het waar dat ik niet weet waar ik goed in ben?
  • Weet ik absoluut zeker dat het waar is?
  • Hoe reageer ik, wat gebeurt er als ik geloof dat het waar is?
  • Wie zou ik zijn en wat zou ik doen als ik die veronderstelling niet had?

 

Of als je denkt dat je in je netwerk niemand kent die een functie heeft die je ambieert of die haalbaar is voor jou:

  • Is het waar dat ik in mijn netwerk niemand ken die een functie heeft die ik ambieer of die haalbaar is voor mij?
  • Weet ik absoluut zeker dat het waar is?
  • Hoe reageer ik, wat gebeurt er als ik geloof dat het waar is?
  • Wie zou ik zijn en wat zou ik doen als ik die veronderstelling niet had?

 

Als je oprecht en eerlijk in je eigen spiegel durft te kijken, dan zul je merken en erkennen dat je overtuigingen lang niet altijd waar zijn.

Ook zul je ervaren dat ze je beperken. En hoe anders het is, als je die veronderstellingen of overtuigingen niet zou hebben.

Mogelijk geeft het kritisch in gesprek gaan met je jezelf, je al het duwtje dat je nodig hebt om in beweging te komen. Vooral omdat je voelt dat je overtuiging niet steekhoudend is.

 

 

Externe dialoog: het gesprek aangaan met anderen

 

Interactie met anderen, externe dialoog, is een waardevol instrument om te voorkomen dat je jezelf klem zet door beperkende overtuigingen.

En mocht je al klem zitten, dan biedt het aangaan van de dialoog met anderen  jou de kans om vastzittende overtuigingen te doorbreken.

 

Ik geef je een paar voorbeelden:

Denk je, zoals in mijn casus, dat je in je netwerk niemand kent die een functie heeft die je ambieert of die haalbaar is voor jou? Maak het kenbaar in je vriendengroep, of een netwerkclub.

Je hebt alle kans dat er een aantal mensen zijn, die namen kunnen noemen van personen die interessant voor jou kunnen zijn. Onderschat het netwerk van jouw netwerk niet.

Zo gaat het ook vaak in mijn trainingsgroepen. De waardevolle contacten stromen je toe. Als je maar het gesprek aangaat en bespreekbaar maakt wat je bezighoudt.

Of:

Denk je dat alsnog een andere studie doen voor jou niet haalbaar is?

Ga het gesprek aan met mensen die een vergelijkbare weg hebben bewandeld. Die een switch hebben gemaakt in hun loopbaan. Vraag hoe zij dat hebben aangepakt en leer van hun ervaringen.

Leg je oor goed te luisteren. Want wie weet, misschien is een andere studie helemaal geen noodzaak om het werk te kunnen doen dat jij wilt doen.

Vraag naar de opleidingsachtergrond van mensen die het werk doen dat jij wilt doen. Je zult merken, die is vaak heel divers. Er leiden veel meer wegen naar Rome dan jij eerst dacht.

 

 

Dus:

 

Blijf niet hangen in ideeën in je hoofd.

Durf je eigen ideeën en veronderstellingen kritisch tegen het licht te houden.

Ga ook in dialoog met anderen. Toets of jouw beelden, jouw veronderstellingen kloppen met de werkelijkheid.

Want:

“Niet het gebrek aan kennis berokkent een mens schade, maar denken dat iets een feit is, terwijl het dat niet is.”

 
Meer over het veranderen van een beperkende overtuiging lees je in mijn volgende artikel.

 

 

 

 

Betere antwoorden op loopbaanvragen door het aangaan van gesprekken

 

Veel van mijn coachklanten willen niet zomaar een baan. Zij zijn op zoek naar werk waarin hun kwaliteiten optimaal tot hun recht komen en werk waarmee ze een maatschappelijke bijdrage kunnen leveren.

Ze willen van betekenis zijn met het werk dat ze doen.

Maar hoe die betekenis dan concreet ingevuld moet worden? Of in welke richting je dan moet denken?

Misschien heb jij je die vragen ook al eens gesteld.

Om te komen tot een antwoord op je loopbaanvragen kun je in eentje gaan reflecteren, maar vaak kom je sneller tot een antwoord als je in gesprek gaat met een sparringpartner. Wie dat dan voor jou ook mag zijn.

Elke keer voelt het voor mij als loopbaancoach als een bijzonder voorrecht om die gesprekken te voeren. En kan ik samen met mijn coachklant genieten van hoe stap voor stap het antwoord op loopbaanvragen duidelijk wordt.

 

Vind het antwoord op je loopbaanvragen

 

Introspectie of outrospectie om te komen tot een antwoord op loopbaanvragen

 

Introspectie betekent letterlijk naar binnen kijken. Van een afstandje naar jezelf kijken: je eigen gedachten, gevoelens, motieven, gedrag, fantasieën.

Het kan je helpen om te komen tot antwoorden op je vragen, bijvoorbeeld loopbaanvragen. Je kunt antwoorden op loopbaanvragen zoeken en vinden in jezelf.

Daarbij stel je jezelf vragen en door in gesprek te gaan met jezelf probeer je te komen tot antwoorden.

Maar of die antwoorden kloppen? Of de beelden die jij in je hoofd hebt overeenkomen met de werkelijkheid? Dat is nog maar de vraag.

Bovendien loop je met introspectie het risico dat je in je eigen hoofd, wat ik noem, in rondjes blijft draaien.

Dus, wil je komen tot antwoorden op je loopbaanvragen beperk je niet tot introspectie. Ga gesprekken aan met anderen; outrospectie. Door het voeren van gesprekken, anders dan met jezelf, kun je achterhalen of de indrukken die je hebt kloppen. En kom je tot betere antwoorden dan wanneer je alleen naar binnen kijkt.

Overigens is outrospectie nog geen gangbaar woord. Ik hoorde het in een podcast van de HKU met Peter Henk Steenhuis. Als woord vind ik het een mooie tegenhanger van introspectie.

 

 

Een goed gesprek voeren betekent nadenken, woorden vinden, jezelf of de ander bevragen

 

Een goed gesprek voeren gaat niet iedereen even makkelijk af. Het vraagt oefening, training.

Ik ervaar dat in coachtrajecten. Dat begint al, als we bezig gaan met het werken met succesverhalen en met name het benoemen van kwaliteiten.

In eerste instantie laat ik de ander benoemen welke kwaliteiten zij laat zien in het door haar geschreven verhaal. Vaak heeft betreffende persoon daar wel een beeld bij, maar hoe dat beeld te beschrijven is vaak lastig. ‘Ja, hoe zeg je dat?’ is dan een reactie die ik vaak hoor.

Als ik dan kenbaar maak hoe ik de kwaliteit omschreven heb, dan hoor ik met regelmaat: ‘Ja, dat heb je goed omschreven’. En soms: ‘Nee, dat is het niet echt, maar het gaat wel in die richting’. Al doorvragend en doorpratend komen we dan tot een label of omschrijving die past.

 

Het is de kunst om de juiste woorden voor de weergave van een specifieke inhoud of betekenis te vinden.

En niet iedereen is een taalkunstenaar of een taalwetenschapper.

En is iemand dat wel, dan kan het zijn dat die nog meer dan iemand die die achtergrond niet heeft, gaat wikken en wegen om te komen tot het juiste woord of de juiste woorden.

Zo gaf een van mijn coachklanten, een taalwetenschapper en communicatieadviseur aan: ‘Ik ga er nog eens goed over nadenken’.

Taalvaardigheid is een van haar kwaliteiten:

Door mijn gevoel voor taal en grote woordenschat kan ik me goed uitdrukken, zowel mondeling als schriftelijk. Ik kan in gesprekken woorden vinden die passen en in teksten zinnen maken die lopen. Door te spelen met taal ben ik in staat om nuances aan te brengen en te verwoorden wat mensen bedoelen. Weloverwogen kies ik de juiste woorden om contact te maken en verbinding te leggen. Daardoor voelen mensen zich gehoord en gezien.’

 

 

Een gesprek over loopbaanvragen krijgt diepgang door doorvragen

 

Een vraag, met name de ‘waarom-vraag’ doet nadenken.

Of varianten op die waarom-vraag, zoals: ‘Wat met name spreekt jou daarin aan?’ of ‘Wat in het bijzonder maakt dat belangrijk voor jou?

Door doorvragen kom je tot de essentie.

 

Zo had ik laatst een gesprek met een van mijn coachklanten over de bijdrage die hij wil leveren met zijn werk.

In eerste instantie was zijn antwoord: ‘Ik wil iets betekenen voor mensen, een maatschappelijke bijdrage leveren’.

Dat is een antwoord dat ik vaak hoor en dat heel algemeen en heel breed is. En dat dus vraagt om specificering, wil het richting geven.

Mijn volgende vraag in dit voorbeeld was: ‘Wat boeit je daaraan?’. Zijn antwoord daarop: ‘Verbeteren van een situatie, verbeteren van processen’.

Wat mij deed doorvragen: ‘Welk facet daaraan intrigeert je het meest?’. Waarop hij antwoordde: ‘Het verbeteren van de rechtspositie van mensen’.

Mijn volgende vraag: ‘Wat intrigeert je daaraan weer het meest?’. Ik kreeg als antwoord: ‘Rechtvaardigheid, eerlijke behandeling’.

Waarop weer mijn vraag: ‘Als je denkt aan rechtvaardigheid, eerlijke behandeling, waar zou je specifiek een bijdrage aan willen leveren?’. Zijn antwoord: ‘Rechtvaardigheid voor mensen in een kwetsbare positie’.

Het gesprek was een mooi samenspel met voor de coachklant een verrassende, maar er snel over nadenkend, ook herkenbare uitkomst.

Zijn reactie:

Dan zouden opties als vertrouwenswerk bij een vakbond, belangenbehartiging, Ombudsman bij de Gemeente *******, Ombudsman voor kinderen, heel goed daarin passen.

Dat zijn opties waaraan ik weleens heb gedacht.’

 

Het was alsof een en ander op zijn plek viel. Het was een bevestiging van opties die al eens waren opgeplopt in zijn denken.

Voor mijn coachklant is nu de volgende stap het doen van zijn onderzoek in die richting.

 

 

Verder onderzoek doen door het aangaan van gesprekken

 

Heb je een beeld van de richting die je uit wilt gaan, dan is het zaak om door het aangaan van gesprekken verder je opties te onderzoeken.

Enerzijds om te achterhalen welke concrete opties passen bij het werk dat je wilt doen. Want, uitgaande van het boven beschreven voorbeeld, zijn er vast nog meer concrete functies waarin je een bijdrage kunt leveren aan rechtvaardigheid voor mensen in een kwetsbare positie.

Zo werkt een van mijn netwerkcontacten bijvoorbeeld als cliëntenvertrouwenspersoon Wet Zorg en Dwang.

Anderzijds kun je door het aangaan van gesprekken toetsen of het beeld dat jij van een specifieke functie hebt, overeenkomt met de werkelijkheid. En als dat beeld in de praktijk anders is dan wat jij je had voorgesteld, of dat werk dan nog bij je past.

En niet onbelangrijk bij het doen van je onderzoek is achterhalen in hoeverre er behoefte is aan mensen, die het werk doen dat jij zou willen doen.

Dat doet me denken aan het Ikigai concept.

Ikigai, een Japans concept, en de sleutel voor gepassioneerd leven. Met waar je goed in bent en met wat je graag doet jouw bijdrage leveren aan waar behoefte aan is en wat aansluit bij jouw persoonlijke missie. En waar je dan ook nog een mooi inkomen mee kunt genereren.

 

 

 

Wil je door het aangaan van gesprekken in een kleine groep gelijkgestemden inspiratie opdoen en begeleid komen tot antwoorden op je loopbaanvragen?

Wil je leren van elkaar en volop oefenen met het verwoorden van waar je goed in bent en wat belangrijk voor je is?

Lees mijn aanbod over de training Bouw je ideale loopbaan en meld je aan.

 

En wil je niet wachten tot september, maar nu werk maken van ander werk?

Neem gerust contact met me op.

 

 

 

 

Visualisatieoefeningen die je helpen om je een voorstelling te maken van wat jij in je leven wilt brengen

 

Visualiseren; je een beeld vormen van iets, je voorstellen hoe iets eruit kan zien, iets zichtbaar maken.

Je denkt misschien dat het bij visualiseren met name gaat om het zien. Maar dat is niet het geval.

Het woord visualiseren wordt vaak gebruikt in de zin van het inzetten van je verbeeldingskracht. Dat wordt ook wel imagineren genoemd. Dat klinkt een beetje archaïsch, maar imagineren is duidelijk een wat ruimer begrip dan visualiseren.

Bij imagineren wordt niet alleen een beroep gedaan op het zien, maar bijvoorbeeld ook op het horen, het voelen, het ruiken. Misschien zelfs het motorisch aspect.

Beide begrippen worden door elkaar gebruikt.

In mijn artikel reik ik je in aansluiting op een van mijn vorige artikelen een tweetal visualisatieoefeningen aan. Bij die oefeningen wordt niet alleen een beroep gedaan op het zien, maar ook andere zintuigen worden erbij betrokken.

 

 

Visualiseren is niets nieuws

 

Eigenlijk doe je dat dagelijks, maar meestal niet bewust.

Je maakt je een voorstelling van wat je wilt bereiken alsof het al werkelijkheid is. Bijvoorbeeld een gerecht dat je wilt maken, een taart die je wilt bakken, een feest dat je wilt geven, een klimrek dat je wilt timmeren, een zolder die je wilt verbouwen.

Je hebt alle kans dat je bijvoorbeeld het gerecht al voor je ziet. Dat je ruikt hoe het ruikt en dat je proeft hoe het smaakt. Misschien loopt het water je zelfs al in de mond als je eraan denkt.

Voor dat soort visualisaties heb je geen visualisatieoefeningen nodig. Dat doe je als vanzelf. Je bent er ook niet bewust mee bezig. De beelden, geuren en smaken dringen zich als vanzelf aan je op.

 

 

Visualiseren aan de hand van visualisatieoefeningen

 

Als je visualiseren als techniek gebruikt om je voor te stellen wat je in jouw leven wilt brengen, bijvoorbeeld jouw ideale werk, dan doe je dat heel bewust.

Je gaat er dan echt voor zitten. Je zorgt op de een of andere manier dat je je ontspannen voelt. En met behulp van je verbeelding maak je een plaatje van wat je wenst. Met als doel het gewenste daadwerkelijk in je leven te brengen. Daarin doen zoveel mogelijk zintuigen mee.

Dat kun je zelf doen aan de hand van visualisatieoefeningen. Bijvoorbeeld de oefening Twintig jaar na nu, die ik verderop in mijn artikel beschrijf.

 

Visualisatieoefeningen kunnen ook het karakter hebben van een geleide fantasie.

Bij een geleide fantasie laat je je meenemen in het verhaal dat iemand vertelt en je stelt je voor hoe dat is.

Aan de hand van het verhaal, laat je beelden, gevoelens, geuren, geluiden opkomen.

 

 

Een tweetal voorbeelden van visualisatieoefeningen

 

De eerste oefening is een creatieve schrijfopdracht. De tweede oefening is een afgeleide van een geleide fantasie, zoals ik die ook gebruik in de 3-daagse training ‘Bouw je ideale loopbaan’.

 

1. 20 jaar na nu

Plaats jezelf in de toekomst. Stel je voor, het is 20 jaar na nu. Je zit aan je kop koffie en op je tablet lees je de krant. En ja…………….. jouw naam kopt in de krant. Onder de kop een artikel over jou. Het verhaal gaat over jouw prestaties, jouw bijdragen, waar het gebeurde en wat dat wat jij gedaan hebt betekent voor andere mensen. Er staan ook uitspraken in van jou, je vrienden, je collega’s.

 

Neem een leeg vel papier en schrijf erboven: ‘Twintig jaar na nu’, gevolgd door de kop van je artikel.

Als je tevreden bent met je kop, veronderstel dat die kop de aandacht trekt van duizenden lezers.

Nu, geef ze het verhaal. Schrijf in het artikel alles dat je maar waar wilt maken in de komende twintig jaar. Vergeet om realistisch of pragmatisch te zijn. Droom, fantaseer, schrijf wat je wilt. Neem net zoveel ruimte als je wilt.

 

Als je klaar bent, herlees je verhaal en geniet ervan.

 

 

2. Visualisatieoefening ‘Je ideale werk’

In deze oefening maak je je een voorstelling van je ideale werk. Je gaat fantaseren hoe je ideale werk er concreet uitziet.

In de 3-daagse training ‘Bouw je ideale loopbaan’. is deze visualisatieoefening opgenomen als geleide fantasie. In het kader van dit artikel gaat het te ver om de hele opdracht in detail te beschrijven.

 

Ik geef je een aantal handreikingen om je op weg te helpen:

 

Hoe ziet in je ideale werk de omgeving eruit? Werk je binnen of buiten? Als je binnenshuis werkt, hoe ziet die ruimte eruit? En als je buiten werkt, hoe ziet je omgeving eruit?

Wat doe je op deze werkplek? Ben je veel op deze werkplek en wat ben je er aan het doen? Welke activiteiten doe je in je ideale werk?

Welke verantwoordelijkheden heb je? Werk je voor een grote of voor een kleine onderneming of werk je voor jezelf? Geef je leiding? En zo ja, aan veel of aan weinig mensen?

Welke talenten gebruik je en wil je ontwikkelen in je ideale werk? Welke uitdagingen kom je tegen die maken dat je jouw talenten zo volledig mogelijk kunt ontplooien?

Met wat voor mensen werk je samen? Als collega’s, als leidinggevenden?

 

Aan de hand van de vragen ga je visualiseren hoe het voor jou ideale werk eruitziet.

Je maakt er echt een ideaal plaatje van. Maak zichtbaar en voelbaar hoe het is om je ideale werk te doen.

 

En wil je de tijd en de rust pakken om geleid de hele visualisatieoefening te doen? Klik dan hier om deze te beluisteren.

 

Op die manier visualiseren zal je écht helpen om te realiseren wat je voor ogen hebt.

De ervaring van de handtherapeut in een van mijn vorige artikelen is daar een sprekend voorbeeld van.

 

 

 

Heb je nog geen helder beeld van hoe jouw ideale werk eruitziet?

Wil je door mij stapsgewijs begeleid aan het werk om te komen tot een antwoord op je vraag?

Bel (0575-544588 / 06-54762865) of e-mail ([email protected]) me gerust voor het maken van een afspraak voor een vrijblijvend oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Waarom het zo gek nog niet is om te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode

 

Mijn wekker gaat steevast elke ochtend om kwart voor zeven af. Door de week of in het weekend, zomer of winter; voor mij maakt dat geen verschil. Kennelijk is ook mijn lijf zodanig gewend aan dat ritme, dat ik mogelijk ook heel goed zonder wekker zou kunnen. Want meestal ben ik wakker voordat het tijd is om op te staan.

Ik heb dan ook niet direct behoefte aan een winterslaap. Alhoewel het misschien wel zo is, dat ik in het voorjaar en ‘s zomers meer energie heb dan hartje winter. Maar naar ik begrepen heb, is dat heel natuurlijk.

Wist je dat mensen in tegenstelling tot dieren zich veel minder aantrekken van de seizoenen? En dat het best goed zou zijn om een beetje beter te leren winteren?

 

 

Waar de natuur tot rust komt als de winter in aantocht is, jakkeren wij mensen vaak maar door

 

Wist je dat zelfs wijngaardslakken wegkruipen in de winter en hun huisje afsluiten met een slijmlaagje dat verkalkt tot een tijdelijk sluitplaatje? Al in de herfst treft de wijngaardslak zijn voorbereidingen en graaft een geschikt winterplekje, met beschutting tegen droogte en vorst. Ik vond het grappig om te lezen dat een wijngaardslak bij het graven van zijn holletje, zijn huisje gebruikt om grond te verzetten. Ik zou wel eens willen zien hoe zo’n slak dat doet.

Wat ‘winteren’ betreft kunnen wij mensen een voorbeeld nemen aan de natuur, die tot rust komt als de winter in aantocht is. Het zou goed zijn om na een periode figuurlijk te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. In plaats van maar door te jakkeren met al onze bezigheden en alles wat we nog zo nodig moeten.

Eerlijk gezegd, heb ik ook zelf gaandeweg steeds beter geleerd om de tijd te nemen om bewust stil te staan, letterlijk en figuurlijk. Al een aantal jaren nu, start ik mijn dag met een meditatieve wandeling, nog voor mijn ontbijt. Ik gun me de tijd om te wandelen met aandacht. Me daarbij als vanzelf, met al mijn zintuigen openstellend voor al het mooie dat met name de natuur te bieden heeft. Dat betekent dat ik dan ook letterlijk stil kan blijven staan om bijvoorbeeld de amandelen te bekijken, die al aardig beginnen te groeien en te rijpen. Of te luisteren naar het ruisen van de beek of de vogel- of insectengeluiden die ik hoor. Of te kijken naar de beweging van de wolken, die hun schaduw geven in het landschap.

 

Winteren is zo gek nog niet© Foto Martin Langbroek

Wat dat betreft is het ook goed om af en toe lekker lui te zijn. Dat geeft niet alleen rust, maar kan je ook op andere gedachten brengen. Maar lui zijn is lang niet voor iedereen gemakkelijk. Want hoe vreemd dat ook klinkt, luiheid vraagt discipline om goed om te gaan met en gebruik te maken van je tijd in een wereld van overvloed.

 

 

‘Winteren’ om op te laden voor een volgende periode

 

Het is goed om te ‘winteren’, ook al is het letterlijk geen winter; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. Bijvoorbeeld als je de overstap maakt naar een andere baan. Of na een ingrijpende gebeurtenis, positief of negatief.

Het leven is immers geen lineair proces. Het hoeft niet altijd beter en meer. Tegenslag en even stil staan horen erbij.

Niet voor niets zijn er bijvoorbeeld mensen die zich sterk maken voor rouwverlof. De Nederlandse wet kent geen echt wettelijk rouwverlof bij het overlijden van een partner of familie. Anders dan de vier dagen verlof (van overlijden tot en met de begrafenis of crematie) waar je als werknemer recht op hebt bij het overlijden van een familielid in de eerste graad. Denk daarbij aan het overlijden van je partner, een ouder of een van je kinderen. Alsof je na die vier dagen weer in staat zou zijn om de draad van je werk weer op te pakken.

Wil je enig zicht krijgen op verlofregelingen? Klik dan hier

 

 

Neem een sabbatical om tot rust te komen en de tijd te hebben om op te laden voor een volgende periode

 

Strikt genomen zou je bij een sabbatical denken aan een sabbatsjaar. Een heel jaar verlof dus. Maar ook een ‘mini sabbatical’ kan al heel verfrissend zijn. Zo koos een van mijn netwerkcontacten voor een mini sabbatical van drie maanden.

Het zou mooi zijn als je, net als volgens de Thora, elk zevende jaar zou kunnen gebruiken als sabbatsjaar om tot rust te komen, op te laden en je te bezinnen op hoe je verder wilt in je loopbaan. Helaas is dat vooralsnog een utopie.

Volgens de Thora is het sabbatsjaar het jaar waarin een stuk land onbebouwd moet blijven. In dat jaar krijgt het land rust. Hoe zou het voor jou zijn als jij als werknemer elk zevende jaar ook rust zou krijgen? Of bijvoorbeeld verlof om een studie te volgen, een onderzoek te doen of een boek te schrijven?

 

 

Tot slot

 

Zou jij ook wel een sabbatical willen nemen?

Bijvoorbeeld om voor jezelf helder te krijgen hoe je je leven en je werk verder vorm wilt geven?

Zie je voorlopig geen kans om zo’n sabbatical te nemen, maar wil je wel meer zicht op wat jou drijft en waar jij warm voor loopt?

Wil je handreikingen en tips om je intrinsieke motivatie op het spoor te komen, anders dan met een sabbatical? Die vind je hier.

 

Wil je weten hoe je van elke werkdag een sabbatical maakt? Lees hoe je je leven zo inricht dat je altijd sabbatical hebt.

 

Weet je bij voorbaat dat je in je eentje daar niet uit gaat komen? Je weet me te vinden.

 

 

 

 

Wat te doen als je door vroege specialisatie in een richting belandt waarin je uiteindelijk niet gelukkig wordt?

 

Wat is een goede keuze? Die vraagt doet me weer denken aan mijn tijd als docent theorie en methoden loopbaanbegeleiding bij Saxion Hogeschool Deventer.

Over het antwoord op die vraag kun je hele discussies voeren. Het is maar vanuit welk perspectief je die vraag bekijkt.

Mijn stelling is: Maak je geen zorgen over een verkeerde keuze, zorg dat je goed toegerust bent voor je loopbaan en weet wanneer je bij moet sturen.

 

Bijsturen als je niet gelukkig bent met je werk

 

Al vroeg weten welke beroepsrichting bij je past of gaandeweg erachter komen

 

Ik weet niet welke van de twee opties het best bij jou past. Ik weet wel dat ikzelf er gaandeweg achter gekomen ben waar ik écht warm voor loop en welk werk optimaal bij me past.

Denkend aan mijn vorige artikel ben ik misschien een laatbloeier. Feit is in elk geval dat ik na mijn voortgezet onderwijs geen idee had in welke richting ik me verder wilde ontwikkelen. Ik wist wel dat ik niet het onderwijs in wilde. En een negatieve keuze is ook een keuze.

Ben je nieuwsgierig hoe mijn loopbaan pad is verlopen? Je leest het hier.

 

Hoe anders is het als je al heel vroeg en heel duidelijk weet welke richting je uit wilt. Als je bijvoorbeeld weet dat je dierenarts wilt worden, of huisarts. Of dat je van jongs af aan weet dat je sportjournalist of anderszins schrijver wilt worden. Of piloot.

En hoe vervelend en moeilijk het dan is als je die kans niet krijgt. Bijvoorbeeld omdat je uitgeloot wordt voor betreffende studie. En al dan niet als overbrugging op zoek moet naar een alternatief, in de richting van wat je beoogt.

Of dat je na een kostbare studie bijvoorbeeld niet als piloot aan het werk komt en je maar tevreden moet zijn met een baan als luchtverkeersleider.

 

 

Als het beoogde werk er in de praktijk anders uitziet of je het anders ervaart dan je had gedacht

 

Bijvoorbeeld het werk als huisarts. Dat je na je studie geneeskunde en de driejarige opleiding tot huisarts erachter komt, dat de verantwoordelijkheid als huisarts jou te zwaar valt. En dat je daarom je geroepen voelt om op zoek te gaan naar een alternatief.

Of dat je als gezelschapsdierenarts veel moeite hebt met de tijdsdruk in de dierenartsenpraktijk waarin je werkt. Je voortdurend het gevoel hebt dat je productie moet maken, in plaats van dat je het dier en de klant de aandacht en de zorg kunt bieden, die jou voor ogen staan.

Of dat je tijdens je master tandheelkunde en het eigenlijke werk met patiënten, erachter komt dat voor jou het werk als tandarts te veel curatief is. Dat je liever een bijdrage levert aan preventie. En misschien ook niet onbelangrijk, dat communicatieve en sociale vaardigheden een belangrijke rol spelen in je werk. Terwijl jij het met name mooi vindt om als tandarts ‘vakwerk’ te leveren.

Zo kan ik nog legio voorbeelden noemen, voorbeelden waaruit blijkt dat de specifieke beroepspraktijk er toch net iets anders uit kan zien dan je had gedacht toen je de keuze maakte voor die richting.

Dan is het de kunst om een alternatief te vinden.

 

 

Alternatieven, al dan niet aansluitend bij de richting die je uit bent gegaan

 

In mijn coachtrajecten brengen we jouw interesses en kwaliteiten in kaart en de omgeving die het beste bij jou past. We staan stil bij wat werk voor jou betekent en de bijdrage die jij wilt leveren met je werk.

Dat alles vormt de input voor het profiel van jouw ideale werk. Dat is het antwoord op de vragen ‘Wat wil ik?’, ‘Waar wil ik dat?’ en ‘Wat is verder daarbij voor mij belangrijk?

Door het werken met ‘succesverhalen’ ervaar je letterlijk in je lijf waar je warm voor loopt. En welke alternatieven bij je passen.

Zo ervaarde een hbo-verpleegkundige die vastliep in haar werk als dialyseverpleegkundige dat ze energie krijgt van het werken met jonge kinderen. Ze heeft haar PABO-diploma weer ‘afgestoft’ en ze heeft, zoals ze het zelf noemt, ‘een heel leuke, fijne, positieve werkplek gevonden’. Ze gaat fulltime aan de slag als leerkracht.

De afgestudeerde huisarts heeft een mooi alternatief gevonden als arts bij de GGD. De masterstudent tandheelkunde heeft de overstap gemaakt naar bestuur en beleid in de gezondheidszorg.

De dierenarts is zich aan het oriënteren in de richting van het doen van research, uitwerken van casuïstiek, interpreteren van resultaten en adviseren met betrekking tot gezondheid en welzijn van dieren.

 

 

Tenslotte

 

Kun je wel wat tips gebruiken voor het maken van een loopbaanswitch? Die vind je hier:
Geen spijt van je loopbaanswitch
Hoe je succesvol een loopbaanswitch kunt maken
Als je een loopbaanswitch wilt maken, gaat je cv je niet helpen
Hoe je jouw LinkedIn profiel optimaliseert voor een loopbaanswitch
Drie aandachtspunten voor een succesvolle loopbaanswitch