Tag Archief van: kiezen

Hoe tijdschrijven jou inzicht geeft en wat je van de resultaten kunt leren met betrekking tot jouw tijdbesteding

 

Tijdschrijven, urenregistratie; bij veel mensen roepen die woorden negatieve associaties op. En weerstand als het van je gevraagd wordt.

Voor anderen is het heel gewoon. Bijvoorbeeld als je gewend bent om projectmatig te werken.

Welke ervaring je er zelf mee hebt en hoe je er ook tegenaan kijkt, tijdschrijven kan heel zinvol zijn. Incidenteel of als onderdeel van je werk.

Zo is het de moeite waard om eens een bepaalde periode bij te houden hoe je jouw tijd gebruikt. Niet alleen met betrekking tot werk.

Zeker als je je opgejaagd en overbelast voelt en je te weinig tijd hebt voor wat je eigenlijk belangrijk vindt.

Want inzicht in je tijdsbesteding geeft uitzicht op beter gebruiken van je tijd.

 

Inzicht door tijdschrijven geeft uitzicht op beter gebruiken van je tijd

 

Bijna iedereen heeft haast en te weinig tijd voor wat we écht belangrijk vinden

 

Het schijnt dat we hard werken. Maar is dat echt zo?

Je kunt wel het gevoel hebben dat je hard werkt, maar mogelijk verdoe je veel tijd. Met zaken die eigenlijk niet belangrijk zijn of door niet efficiënt te werken.

Gevoel is niet genoeg voor het weten. Om het echt te weten is het zaak om gegevens te verzamelen. Want zonder informatie is het moeilijk om goed zicht te hebben op hoe druk je bent.

 

 

Het Timetracking Experiment van Dorie Clark

 

Dorie Clark, marketing strateeg en professioneel spreker, ging het experiment aan en hield 30 dagen bij hoe ze haar tijd besteedde.

Met name om inzicht te krijgen of ze haar tijd efficiënt en aan de juiste dingen besteedde.

Zij gebruikte Excel om haar uren te registreren. Alleen al het steeds zich eraan herinneren dat ze iets op moest schrijven viel haar zwaar.

Maar ondanks dat, moedigt ze aan om je eigen Timetracking Experiment te doen.

Tijdschrijven bleek een krachtig instrument om bewustzijn te creëren en te motiveren tot verandering.

 

Ik denk overigens dat je het je gemakkelijker maakt als je een appje of andere software gebruikt om je uren te registeren.

Dan kun je dat scherm(pje) open laten staan en een nieuwe activiteit simpelweg aanklikken, aanmaken en de tijdklok laten lopen en afklokken als je de activiteit beëindigt.

Maar dat terzijde.

 

 

Wat jij kunt leren van het Timetracking experiment van Dorie Clark

 

Timemanagement in conventionele zin is lang niet altijd dé oplossing als je je gehaast en gestrest voelt.

Mogelijk is je dat uit literatuur en onderzoeksresultaten ook al duidelijk geworden.

Timemanagement gaat over efficiënter en slimmer werken, doelen stellen, plannen, prioriteiten bepalen en daardoor productiever zijn. En minder over kiezen voor zaken die er zowel professioneel als privé echt toe doen.

 

 

Clark kwam tot vier belangrijke inzichten die haar anders deden kijken naar kennis over productiviteit en timemanagement:  

  1. Multitasken kan lucratief zijn
  2. Er is tijdwinst en voordeel te halen uit het combineren van je persoonlijke en professionele netwerk
  3. Er zijn uren op de dag waarop of situaties waarin je gemakkelijker uren verspilt
  4. Bepaalde taken dragen een onevenredig psychologisch gewicht

 

 

Multitasken kan lucratief zijn

 

Jij hebt vast ook gelezen over onderzoeksresultaten met betrekking tot multitasken.

Daaruit blijkt dat we niet effectief meerdere dingen tegelijk kunnen doen en dat switchen van taak naar taak aandacht en tijd kost.

Maar dat geldt niet voor alle activiteiten.

Zo kan bijvoorbeeld bijna iedereen een podcast of een audiobook luisteren tijdens woon-werkverkeer.

 

 

Er is tijdwinst en voordeel te halen uit het combineren van je persoonlijke en professionele netwerk

 

Of anderszins een combinatie van werk en privé.

Zo kan het zijn dat je in de 30-dagen oefening erachter komt dat je een bepaalde activiteit kunt categoriseren onder werk, maar ook onder ontspanning.

Bijvoorbeeld als je met een collega gaat wandelen om te brainstormen over een workshop die je samen gaat geven.

Daardoor kun je als het ware meer uren in een maand creëren dan de 672 uur die je hebt.

 

 

Er zijn uren op de dag waarop of situaties waarin je gemakkelijker uren verspilt

 

Bijvoorbeeld dat je doelloos scrolt door je tijdlijn op Social Media in plaats van dat je met een (professioneel) doel in gedachten berichten leest of plaatst.

Welke uren of welke situaties zijn dat voor jou?

Als je je ervan bewust bent, dan kun je waakzaam zijn op verkwisten van je tijd.

 

 

Bepaalde taken dragen een onevenredig psychologisch gewicht

 

Voor Clark was dat bijvoorbeeld het beantwoorden van haar e-mail.

Voor haar gevoel was ze daar onevenredig veel tijd aan kwijt. Maar feitelijk viel dat heel erg mee. Het was de druk die ze voelde, die het afhandelen van haar e-mail zwaar maakte.

Enerzijds vond ze dat ze e-mails snel moest beantwoorden. Anderzijds was ze bang dat ze door het beantwoorden van e-mails nog meer taken op haar to-do-lijst kreeg. Waardoor haar eigen strategische prioriteiten onder druk kwamen te staan.

 

 

Tot slot

 

Als het je lukt om een maand lang te tijdschrijven, dan geeft dat waardevolle inzichten.

Zonder gegevens is het gemakkelijk om te blijven hangen in een foutief beeld van hoe je jouw tijd gebruikt.

Of het nu gaat om het onbedoeld overdrijven van het aantal uren dat je met je werk bezig bent of denken dat je meer tijd verkwist dan je werkelijk doet.

 

In een volgend artikel reik ik je instrumenten aan om concreet aan het werk te gaan met de resultaten van jouw 30 dagen tijdschrijven.

Want mogelijk zie je onvoldoende uren terug, besteed aan activiteiten die naast werk belangrijk voor je zijn.

 

 

Wil je in een gesprek jouw vragen aan me voorleggen? Neem gerust contact met me op voor een vrijblijvend oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Een zestal tips, ideeën om je op weg te helpen

 

Wat te doen als je goed bent in je werk, maar er geen voldoening uit haalt?

Als je je baan vreselijk vindt, maar wel een vorstelijk salaris hebt?

Of als je niet gelukkig bent met je werk, omdat je je werk niet zinvol vindt?

 

Die vragen kunnen je behoorlijk bezighouden. Het kan zijn dat je als persoon niet meer past bij het werk dat je doet. Dat je er niet meer gelukkig mee bent.

Maar ook al weet je dat het werk dat je doet niet optimaal meer bij je past, het is lang niet altijd gemakkelijk om te veranderen van werk.

Het is veel gemakkelijker om je situatie te laten zoals die is. Ik hoor dat ook met regelmaat in mijn gesprekken met potentiële klanten.

Hoe dat werkt, lees je in mijn artikel.

 

En ook al is het niet gemakkelijk om je situatie qua werk te veranderen, ik geef je een zestal tips die je kunnen helpen om een verandering in gang te zetten en persoon en werk te reconnecten.

Daarbij heb ik me laten inspireren door een video van Roman Krznaric.

 

Persoon en werk reconnecten; hoe pak je dat aan?

photo by: tourist_on_earth

 

Een nieuwe koppeling tussen persoon en werk rond je veertigste is helemaal niet vreemd

 

Als je een studie gedaan hebt en na afstuderen een keuze maakt voor werk, kun je maar moeilijk inschatten hoe je je in de toekomst zult ontwikkelen.

Op je 35e of 45e kunnen bijvoorbeeld je leefomstandigheden, je interesses en waarden totaal veranderd zijn. Zodanig veranderd, dat wie jij bent als persoon niet meer past bij het werk dat je doet.

 

 

Maar weinig mensen durven gaande hun loopbaan de bakens echt te verzetten en een nieuwe koppeling te maken tussen persoon en werk

 

Wist je, dat uit onderzoek van het UWV blijkt dat afgelopen jaar bijna 1,5 miljoen mensen wisselden van baan? Dat komt neer op één op de vijf werknemers.

En dat zijn dan mensen die écht stappen hebben gezet. Groter is het aantal mensen dat wel zou willen veranderen van baan, maar om wat voor reden dan ook terugschrikt voor de mogelijke gevolgen.

 

Mensen blijken van nature eerder risicomijdend dan risiconemend.

Verliezen heeft kennelijk twee keer zo veel impact op ons als winnen. Of we nu in een casino zitten of denken aan een andere baan.

Bij het maken van keuzes zijn we dan ook geneigd om te overdrijven wat er mis kan gaan. En we leggen kennelijk graag het accent op zwakke punten en risico’s.

In een van mijn vorige artikelen besprak ik al een zevental woorden of zinnen die je uit je vocabulaire zou moeten schrappen, als je iets aan je situatie wilt veranderen en gelukkig wilt zijn met je leven en werk.

Wil je daadwerkelijk een verandering in je situatie bewerkstelligen, dan moet je stevig in je schoenen staan. Temeer omdat je omgeving geneigd is om jou te beschermen tegen risico’s. Jouw omgeving zal je over het algemeen dan ook eerder weerhouden van het zetten van stappen, dan dat stimuleren.

 

Er valt zoveel te kiezen met betrekking tot je loopbaan, dat het heel begrijpelijk is dat je in verwarring raakt.

En dat je bang bent spijt te krijgen van je beslissing. Maar die angst zorgt ervoor dat je maar blijft zitten waar je zit. Ook al ben je jouw baan ontgroeid of ben je helemaal niet gelukkig met je werk in relatie tot je privéleven.

 

 

Een zestal tips die je helpen om persoon en werk dichter bij elkaar te brengen

 

1.   Laat je keuze niet bepalen door testresultaten

Tests geven geen uitsluitsel over welk werk optimaal bij je past. In een eerder artikel heb ik daarover geschreven.

Roman Krznaric ageert zelfs tegen het gebruik van tests, omdat ze je op een verkeerd spoor kunnen zetten. Hij zegt dan ook: ‘Pas op met persoonlijkheidstests.’

 

2.   Vraag je af of je een high achiever of een wide achiever bent

Voel jij je meer een specialist op een specifiek terrein, een high achiever of ben jij breder inzetbaar?

 

Bij de wide achievers kun je ook denken aan wat men noemt de portfoliowerkers en de seriële specialisten.

Een portfoliowerker is iemand die verschillende banen tegelijkertijd heeft. Vaak op freelance basis. De portfoliowerker bouwt een veelzijdig pakket aan kennis en ervaring op. Hij kiest zelf aan wie hij zich verhuurt, voor hoe lang, voor welke taak en tegen welk tarief.

Een seriële specialist is een professional die veel expertise en competenties heeft in een aantal domeinen. Hij is geneigd om zich om de zoveel jaar in een nieuw domein te verdiepen en zich daarin te specialiseren. Hij bouwt daarbij voort op vroegere ervaringen en interesses.

Als je graag flexibel wilt werken, dan heb je niet alleen als portfoliowerker, maar ook als seriële specialist veel mogelijkheden. Je bent gemakkelijk inzetbaar. En dat is beslist niet verkeerd.

 

3.   Onderzoek hoe en waar jouw normen, waarden en talenten aansluiten bij de behoeften in de maatschappij

Vraag je af hoe je je talenten het best kunt inzetten, in overeenstemming met je normen en waarden.

Waar de behoeften van de wereld en je talenten elkaar kruisen ligt je roeping.’ (Uitspraak van Aristoteles).

Om ook op de lange termijn voldoening te ervaren in je werk, is het belangrijk dat het werk aansluit bij jouw persoonlijke missie, your bigger why.

Meer over your bigger why lees je in mijn artikel Waarom doe je wat je doet?.

 

4.   Zoek flow-ervaringen

Als je in the flow bent, ga je zo op in wat je doet, dat je alles om je heen vergeet.

Wil je goed in kaart krijgen op welke momenten of bij welke activiteiten jij flow ervaart? Houd dan eens een flow-dagboek bij en houd bijvoorbeeld eens dertig dagen bij, wat je vooral erg leuk vond om te doen.

Overigens kun je in bijna elke baan meer flow creëren door jezelf doelen te stellen. En eventueel kun je flow ook buiten je baan zoeken. Daardoor kan je werk ook in een ander daglicht komen te staan.

 

5.   Handel eerst, reflecteer later

Of anders gezegd: probeer ervarenderwijs uit wat je voldoening geeft.

Wil je ervaren of iets echt bij je past? Kijk dan of je als proef vrijwilligerswerk kunt doen in de richting die jou voor ogen staat. Of kijk of je met een professional mee kunt lopen.

 

6.   Bouw ander werk geleidelijk aan op

Houd je baan en ga daarnaast experimenteren in de nieuwe richting die jou voor ogen staat. Roman Krznaric noemt dat vertakken.

Vraag je af wat je morgen of volgende maand al kunt doen om zo’n vertakking te realiseren.

 

Heb jij het gevoel dat het werk dat je nu doet niet meer bij je past en dat het tijd is om persoon en werk te reconnecten?

Wil jij stapsgewijs en gestructureerd werk maken van ander werk?

Bel (06-54762865 / 0575-544588)  of e-mail ([email protected]) me voor het maken van een afspraak voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Het risico van wachten met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is

 

“Binnen mijn huidige baan loop ik tegen een aantal obstakels aan. Ik heb veel last van lichamelijke klachten, vooral hoofdpijn. Ik ben me al een tijd aan het oriënteren op ander werk, maar ik weet niet goed waar te beginnen. Wat past bij mij? Wat is te realiseren? Kan ik dit werk blijven doen, maar zonder de klachten?”

Annemiek trekt tijdig aan de bel. Maar dat geldt beslist niet voor iedereen.

Jij kent ze vast ook in jouw omgeving; mensen die maar doorgaan in hun werk, ook al valt het werk hen heel erg zwaar. Totdat hun lijf op een gegeven moment aangeeft dat het echt genoeg is en werkt als een noodrem.

Misschien herken je jezelf in de omschrijving. Gedreven als je bent, ben je vooral aan het geven zonder dat je daar veel voor terugkrijgt. Met het risico dat je leegloopt.

Het is beter om dat te voorkomen en tijdig te veranderen van baan, voordat het te laat is.

Wacht dus niet met het dempen van de put tot het kalf verdronken is.

 

Wacht niet met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is

 

Bekijk tijdig of je jouw baan zo kunt kneden dat die weer beter bij je past

 

Onderzoek of je kunt jobcraften; je baan zo kunt modelleren dat die weer beter bij je past.

Om je baan te veranderen, hoef je niet altijd direct van baan te veranderen.

Een tweetal artikelen op mijn blog geven je handreikingen hoe je dat daadwerkelijk kunt doen.

In het eerste artikel leer je een diagnose maken van je huidige werk en krijg je inzicht, waar je aan kunt ‘sleutelen’ om je werk passender te maken.

In een volgend artikel leer je hoe je de voor jou problematische aspecten van je werk aan kunt pakken en de knelpunten op kunt lossen.

 

 

Wat als jobcraften geen perspectief biedt op een passender baan

 

Het kan zijn, dat je al tot de conclusie gekomen bent dat je jouw baan niet passend kunt maken. Dat je dus moet veranderen van baan.

Zo kwam bijvoorbeeld een van mijn coachklanten na een werkperiode van vijf maanden in een nieuwe baan, tot de conclusie dat zowel de werkomgeving als de inhoud van de functie niet bij haar passen.

En dat ze beide niet kan veranderen.

Voor haar was het dan ook een logisch besluit om te veranderen van baan. Ook al had ze een contract voor onbepaalde tijd, in goed overleg met haar werkgever is zij gekomen tot contract beëindiging.

Een heel wijs besluit. Ook een krachtig besluit.

Menigeen is geneigd om in zo’n situatie toch maar door te gaan en zich te schikken in zijn lot. Te kiezen voor de zekerheid van een vaste baan, in plaats van te kiezen voor werk dat inhoudelijk en qua werkomgeving bij je past en dat voldoening geeft.

Inherent aan het besluit van mijn coachklant is dat ze de onzekerheid van het vooralsnog niet hebben van een passend alternatief, voor lief neemt. Maar vanuit een basishouding van zekerheid dat die passende baan er gaat komen, wordt daaraan doelgericht gewerkt.

 

 

Jouw persoonlijke missie als meetlat

 

Werk is onderdeel van je leven. Werk is niet je leven.

Dat is mijn visie en die draag ik graag uit.

Naast werk zijn er andere levensterreinen die belangrijk voor je zijn. Denk bijvoorbeeld aan je gezondheid, je relaties, je hobby’s, persoonlijke ontwikkeling.

Heb je jouw persoonlijke missie scherp, dan kun je keuzes daaraan afmeten.

Is werk bijvoorbeeld voor jou zodanig belangrijk dat je jouw gezondheid daarvoor wilt schaden? Dat je door wilt blijven gaan in de ogenschijnlijk mooie baan, terwijl je slecht slaapt, weinig energie hebt, je moe voelt? Zelfs de ervaring hebt van hyperventilatie?

Dat jij en je partner elkaar op werkdagen zo weinig zien dat je elkaar alleen ’s avonds tegenkomt bij het tandenpoetsen op de badkamer?

Is dat de prijs die je wilt betalen voor het aanzien, de status van een mooie baan en het daarbij passende inkomen?

Is je antwoord nee, durf dan in je eigen spiegel te kijken en trek je conclusies.

 

 

Anticipeer op ontwikkelingen in jezelf en in je omgeving

 

Wachten met veranderen van baan tot het eigenlijk te laat is, is een risico.

Het is wijs om te anticiperen op ontwikkelingen.

Gelukkig heb ik daar ook mooie voorbeelden van.

Zo mailde Johan mij:

“Op dit moment zijn er veel veranderingen en als gevolg daarvan ben ik voor de 3e keer ‘actief mobiel’. Ik merk dat ik de behoefte heb om verder te kijken naar de mogelijkheden van een nieuwe baan”.  

 

En zo had ik bijvoorbeeld ook een gesprek met Joris, waarna ik een voorstel voor een loopbaantraject voor hem heb uitgewerkt:

Op dit moment heeft hij het goed naar zijn zin in zijn werk. Maar zijn ervaring heeft hem geleerd dat hij na een tijdspanne van een jaar of drie, vier geneigd is om weer ‘naar buiten te kijken’ en op zoek te gaan naar een nieuwe uitdaging.

Voor hem is dat aanleiding om een beroep te doen op mij. En in een begeleidingstraject bewust stil te staan bij de vraag ‘Hoe wil ik verder in mijn loopbaan?

Vooralsnog gaat hij uit van de organisatie waar hij nu werkt. Want die organisatie wil hem graag behouden en hij heeft het er goed naar zijn zin.

 

Kortom

 

Wacht niet met het dempen van de put tot het kalf verdronken is.

Voorkom een burn out of een bore out.

Wacht ook niet met werk maken van ander werk tot je door gedwongen ontslag bij reorganisatie voor het blok wordt gezet. En dan op stel en sprong werk moet zien te maken van ander werk.

Stuur daarom tijdig bij en anticipeer op ontwikkelingen.

 

 

 

Zou je wel ander werk willen, maar heb je geen idee hoe dat andere werk eruit zou kunnen zien?

Laat het me horen. Klik op deze link en boek een afspraak in voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

 

Het hoeft niet altijd ingewikkeld, kies vaker voor de simpele oplossing

 

Ik heb het goed getroffen, ik ben een bofferd.

Dagelijks wordt er heerlijk voor mij gekookt. En dan niet zomaar Hollandse pot of aardappels, vlees en groente.

Van het bepalen van het menu en het uitzoeken van recepten wordt serieus werk gemaakt. Een hele rij kookboeken staat er dan ook in onze keuken op de plank.

Veel Midden-Oosterse recepten in bijvoorbeeld Persiana, van de Iraanse Sabrina Ghayour. En veel boeken geschreven door Yotam Ottolenghi, al dan niet samen met Sami Tamimi of Ramael Scully. Misschien zeggen titels als Jeruzalem, Plenty en Flavour je iets? Of Falastin, geschreven door Sami Tamimi en Tara Wigley?

 

Je baan net als een kookboek

 

Ottolenghi; mensen die van zijn kookboeken of recepten hebben gehoord, denken algauw aan veel ingrediënten die niet overal te krijgen zijn, en veel werk. Misschien denk jij dat ook wel.

Bij die ingrediënten horen typische ‘Ottolenghi-ingrediënten’ zoals bijvoorbeeld sumak, za’atar, rozenharissa en granaatappelmelasse. Die zijn inderdaad niet overal makkelijk te krijgen, maar in een goede Turkse winkel kom je een heel eind.

En vaak is het maken van gerechten uit de boeken van Ottolenghi ook veel werk. Kost het tenminste veel tijd. Twee uur voor het bereiden van een maaltijd met een paar gerechten is geen uitzondering.

Toch kan het bij Ottolenghi ook simpel. Met name met zijn recepten in Simpel. En zoals hij zelf aangeeft, iedereen heeft een eigen mening over wat simpel is.

Voor de een is dat de ‘S’ van snel; in minder dan 30 minuten een gerecht op tafel. Een ander gaat voor de ‘I’ van ingrediënten; niet meer dan 10. Voor weer een ander gaat het om de ‘M’ van maak van tevoren. Of de ‘P’ van provisiekast, of de ‘E’ van eenvoudiger dan je denkt. Of de ‘L’ van lui.

Bij die laatste categorie kun je denken aan bijvoorbeeld recepten voor stoofschotels, die rustig een paar uur staan te garen, terwijl jij in alle rust in de tuin zit en lekker van het zonnetje geniet.

 

En ook de Iraanse kok Sabrina Ghayour is naar simpele gerechten gegaan in haar boek Simply. Met recepten voor makkelijke Midden-Oosterse maaltijden laat zij zien dat je de essentie ook eenvoudiger kunt pakken.

 

 

Wat betreft je werk hoeft het ook niet altijd ingewikkeld te zijn. Zie je baan als een kookboek. Durf wat vaker te kiezen voor een simpele oplossing.

Stop met overpresteren, zegt Greg McKeown in zijn boek Essentialism: The Disciplined Persuit of Less. In vertaling in het Nederlands: Essentialisme, Niet meer alles moeten.

Durf te kiezen voor essentialisme. Kies voor het nu en voor wat écht belangrijk voor je is. Richt je op waarin jij het verschil wilt en kunt maken.

Ga goed met je energie om, doseer je energie. Word een business minimalist. En ook al klinkt minimalist voor jou misschien negatief, zo is het niet bedoeld.

Weet goed wat nodig is om jouw functie naar behoren uit te oefenen en krijg dat zo simpel mogelijk voor mekaar. Want je hebt alle kans dat je meer bereikt als je minder hard werkt. Kijk wat je kunt schrappen. Laat je bijvoorbeeld niet gek maken door alle mailtjes in je inbox. En scherm je af voor alle ruis, die je afleidt van je eigenlijke werk.

 

 

Kost je werk je meer energie dan het je oplevert?

Kom je doodmoe thuis van je werk en heb je geen energie meer om wat dan ook op te pakken?

Vind je het moeilijk om de vinger erachter te krijgen waar het aan schort in je huidige werk en waardoor je energie weglekt?

Plan een afspraak in voor een oriënterend gesprek, in mijn online agenda. Dat kan heel makkelijk met deze link.

 

 

 

 

Waarom werkdruk op zichzelf geen probleem hoeft te zijn

 

Werkdruk te hoog? Eigen schuld, dikke bult; las ik in MT/Sprout. Deels kan dat inderdaad zo zijn, maar om te hoge werkdruk nu te labelen als eigen schuld? Alsof jij als werknemer maar moet veranderen, anders naar je werk moet kijken en er anders mee moet leren omgaan?

Alsof het jouw schuld is dat je de werkdruk als te hoog ervaart omdat je je verantwoordelijk voelt voor je werk. En bijvoorbeeld als ok-assistente, je geroepen voelt om in te springen voor een zieke collega. Of als dierenarts, je geroepen voelt om na werktijd nog bloed- en urineonderzoekjes te doen. Omdat je daar tussen de consulten niet aan toe komt.

Deels kun je anders leren omgaan met je werk; je minder verantwoordelijk voelen, minder hoge eisen stellen aan jezelf in relatie tot je werk, duidelijk je grenzen aangeven en op je strepen staan. Maar of dat je werkplezier en werkgeluk ten goede komt?

 

Werkdruk te hoog?

 

Werkdruk is niet hetzelfde als het druk hebben op je werk

 

Je kunt het druk hebben en geen werkdruk ervaren omdat je heel enthousiast bent over wat je doet. Je voelt je betrokken bij je werk en de organisatie waarvoor je werkt.

Hard werken houd je dan goed vol, omdat je tijdens je werk vooral flow ervaart. Je gaat helemaal op in wat je doet, beleeft er plezier aan en bent intrinsiek gemotiveerd.

Als je bevlogen je werk doet, dan levert werk je energie op, in plaats van dat het je energie kost. Het druk hebben met je werk is dus niet per definitie ongezond.

Werkdruk ervaar je als je functie hoge eisen aan je stelt en je wordt uitgedaagd om je kwaliteiten ten volle te benutten.

 

 

Werkdruk is niet per definitie ongezond

 

Werkdruk kan heel gezond zijn.

Het wordt pas een probleem als de druk te hoog of te laag is. Bij te hoge werkdruk heb je het gevoel dat je niet kunt voldoen aan de eisen die je aan je worden gesteld. Met als gevolg stress, waardoor je werk je meer energie kost dan het je oplevert. Dat kan uiteindelijk leiden tot burn-out.

Bij te lage werkdruk word je onvoldoende uitgedaagd en kun je jouw kwaliteiten onvoldoende benutten. Met als risico dat je in een bore-out belandt; je wordt ziek van verveling.

Het lastige is, dat de symptomen van een bore-out deels hetzelfde zijn als de symptomen van een burn-out. Waardoor je de symptomen soms verkeerd interpreteert. En dat je, zoals ik weleens van coachklanten hoor, de indruk hebt dat je een burn-out hebt, terwijl je juist onvoldoende aan je trekken komt. En dus een bore-out hebt.

 

 

Als aan basisbehoeften wordt voldaan, dan kun je heel wat werkdruk aan

 

Bij die basisbehoeften moet je denken aan autonomie (vrijheid en vertrouwen), competentie (uitdaging en waardering) en verbinding (ervaren van steun en voldoening).

Arnold Bakker, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, doet onderzoek naar bevlogenheid op het werk. Bekend van zijn werk is het JD-R-Model. JD staat voor Jobdemands (taakeisen) en R voor Resources (hulpbronnen/ energiebronnen).

Taakeisen die aan je worden gesteld kun je als stressoren ervaren, maar ook als uitdaging. Dat hangt af van de energiebronnen die er zijn om de taakeisen op te vangen. Naarmate je meer de beschikking hebt over energie- en hulpbronnen, kun je hoge taakeisen beter aan.

Die energiebronnen kunnen persoonlijk gerelateerd zijn, maar ook werk gerelateerd en dus gekoppeld aan je werkomgeving.

Wil je nog eens nalezen hoe dat werkt? Klik dan hier.

 

 

Werkdruk te hoog?

 

Ik vind het al te makkelijk geredeneerd en te kort door de bocht om te zeggen: ‘Werkdruk te hoog? Eigen schuld, dikke bult’.

Daarvoor spelen bij te hoge werkdruk te veel factoren een rol. En kan de werkomgeving in combinatie met de persoonlijkheid ervoor zorgen dat je opbrandt in je werk of juist heel gemotiveerd presteert.

Inzicht in de factoren die een rol spelen kan je wel degelijk helpen om meer grip te krijgen op de werkdruk die je ervaart en waar je zelf verandering kunt bewerkstelligen.

In een coachtraject onderzoeken we dan ook waar je tegenaan loopt in je werk en wat met name maakt dat je werk je zo veel energie kost. Zo veel, dat je met enige regelmaat té moe bent om te werken.

En niet onbelangrijk, in hoeverre je zaken naar je hand kunt zetten. Op en in je werk, maar ook daarbuiten. Want vaak is te weinig opladen buiten je werk ook een belangrijke factor die een rol speelt bij te hoge werkdruk.

 

 

 

Ervaar je de druk op je werk als te hoog?

Wil je graag de vinger erachter krijgen wat maakt dat je werk je zoveel energie kost in plaats van dat het je energie oplevert?

Plan gelijk even een afspraak in voor een oriënterend gesprek met deze link. In een oriënterend gesprek onderzoeken we wat maakt dat je ‘leegloopt’ op je werk. En wat punten zijn om aan te ‘sleutelen’ om daarin verandering te brengen.

 

 

 

 

Waarom het zo gek nog niet is om te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode

 

Mijn wekker gaat steevast elke ochtend om kwart voor zeven af. Door de week of in het weekend, zomer of winter; voor mij maakt dat geen verschil. Kennelijk is ook mijn lijf zodanig gewend aan dat ritme, dat ik mogelijk ook heel goed zonder wekker zou kunnen. Want meestal ben ik wakker voordat het tijd is om op te staan.

Ik heb dan ook niet direct behoefte aan een winterslaap. Alhoewel het misschien wel zo is, dat ik in het voorjaar en ‘s zomers meer energie heb dan hartje winter. Maar naar ik begrepen heb, is dat heel natuurlijk.

Wist je dat mensen in tegenstelling tot dieren zich veel minder aantrekken van de seizoenen? En dat het best goed zou zijn om een beetje beter te leren winteren?

 

 

Waar de natuur tot rust komt als de winter in aantocht is, jakkeren wij mensen vaak maar door

 

Wist je dat zelfs wijngaardslakken wegkruipen in de winter en hun huisje afsluiten met een slijmlaagje dat verkalkt tot een tijdelijk sluitplaatje? Al in de herfst treft de wijngaardslak zijn voorbereidingen en graaft een geschikt winterplekje, met beschutting tegen droogte en vorst. Ik vond het grappig om te lezen dat een wijngaardslak bij het graven van zijn holletje, zijn huisje gebruikt om grond te verzetten. Ik zou wel eens willen zien hoe zo’n slak dat doet.

Wat ‘winteren’ betreft kunnen wij mensen een voorbeeld nemen aan de natuur, die tot rust komt als de winter in aantocht is. Het zou goed zijn om na een periode figuurlijk te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. In plaats van maar door te jakkeren met al onze bezigheden en alles wat we nog zo nodig moeten.

Eerlijk gezegd, heb ik ook zelf gaandeweg steeds beter geleerd om de tijd te nemen om bewust stil te staan, letterlijk en figuurlijk. Al een aantal jaren nu, start ik mijn dag met een meditatieve wandeling, nog voor mijn ontbijt. Ik gun me de tijd om te wandelen met aandacht. Me daarbij als vanzelf, met al mijn zintuigen openstellend voor al het mooie dat met name de natuur te bieden heeft. Dat betekent dat ik dan ook letterlijk stil kan blijven staan om bijvoorbeeld de amandelen te bekijken, die al aardig beginnen te groeien en te rijpen. Of te luisteren naar het ruisen van de beek of de vogel- of insectengeluiden die ik hoor. Of te kijken naar de beweging van de wolken, die hun schaduw geven in het landschap.

 

Winteren is zo gek nog niet© Foto Martin Langbroek

Wat dat betreft is het ook goed om af en toe lekker lui te zijn. Dat geeft niet alleen rust, maar kan je ook op andere gedachten brengen. Maar lui zijn is lang niet voor iedereen gemakkelijk. Want hoe vreemd dat ook klinkt, luiheid vraagt discipline om goed om te gaan met en gebruik te maken van je tijd in een wereld van overvloed.

 

 

‘Winteren’ om op te laden voor een volgende periode

 

Het is goed om te ‘winteren’, ook al is het letterlijk geen winter; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. Bijvoorbeeld als je de overstap maakt naar een andere baan. Of na een ingrijpende gebeurtenis, positief of negatief.

Het leven is immers geen lineair proces. Het hoeft niet altijd beter en meer. Tegenslag en even stil staan horen erbij.

Niet voor niets zijn er bijvoorbeeld mensen die zich sterk maken voor rouwverlof. De Nederlandse wet kent geen echt wettelijk rouwverlof bij het overlijden van een partner of familie. Anders dan de vier dagen verlof (van overlijden tot en met de begrafenis of crematie) waar je als werknemer recht op hebt bij het overlijden van een familielid in de eerste graad. Denk daarbij aan het overlijden van je partner, een ouder of een van je kinderen. Alsof je na die vier dagen weer in staat zou zijn om de draad van je werk weer op te pakken.

Wil je enig zicht krijgen op verlofregelingen? Klik dan hier

 

 

Neem een sabbatical om tot rust te komen en de tijd te hebben om op te laden voor een volgende periode

 

Strikt genomen zou je bij een sabbatical denken aan een sabbatsjaar. Een heel jaar verlof dus. Maar ook een ‘mini sabbatical’ kan al heel verfrissend zijn. Zo koos een van mijn netwerkcontacten voor een mini sabbatical van drie maanden.

Het zou mooi zijn als je, net als volgens de Thora, elk zevende jaar zou kunnen gebruiken als sabbatsjaar om tot rust te komen, op te laden en je te bezinnen op hoe je verder wilt in je loopbaan. Helaas is dat vooralsnog een utopie.

Volgens de Thora is het sabbatsjaar het jaar waarin een stuk land onbebouwd moet blijven. In dat jaar krijgt het land rust. Hoe zou het voor jou zijn als jij als werknemer elk zevende jaar ook rust zou krijgen? Of bijvoorbeeld verlof om een studie te volgen, een onderzoek te doen of een boek te schrijven?

 

 

Tot slot

 

Zou jij ook wel een sabbatical willen nemen?

Bijvoorbeeld om voor jezelf helder te krijgen hoe je je leven en je werk verder vorm wilt geven?

Zie je voorlopig geen kans om zo’n sabbatical te nemen, maar wil je wel meer zicht op wat jou drijft en waar jij warm voor loopt?

Wil je handreikingen en tips om je intrinsieke motivatie op het spoor te komen, anders dan met een sabbatical? Die vind je hier.

 

Wil je weten hoe je van elke werkdag een sabbatical maakt? Lees hoe je je leven zo inricht dat je altijd sabbatical hebt.

 

Weet je bij voorbaat dat je in je eentje daar niet uit gaat komen? Je weet me te vinden.

 

 

 

 

Wat te doen als je door vroege specialisatie in een richting belandt waarin je uiteindelijk niet gelukkig wordt?

 

Wat is een goede keuze? Die vraagt doet me weer denken aan mijn tijd als docent theorie en methoden loopbaanbegeleiding bij Saxion Hogeschool Deventer.

Over het antwoord op die vraag kun je hele discussies voeren. Het is maar vanuit welk perspectief je die vraag bekijkt.

Mijn stelling is: Maak je geen zorgen over een verkeerde keuze, zorg dat je goed toegerust bent voor je loopbaan en weet wanneer je bij moet sturen.

 

Bijsturen als je niet gelukkig bent met je werk

 

Al vroeg weten welke beroepsrichting bij je past of gaandeweg erachter komen

 

Ik weet niet welke van de twee opties het best bij jou past. Ik weet wel dat ikzelf er gaandeweg achter gekomen ben waar ik écht warm voor loop en welk werk optimaal bij me past.

Denkend aan mijn vorige artikel ben ik misschien een laatbloeier. Feit is in elk geval dat ik na mijn voortgezet onderwijs geen idee had in welke richting ik me verder wilde ontwikkelen. Ik wist wel dat ik niet het onderwijs in wilde. En een negatieve keuze is ook een keuze.

Ben je nieuwsgierig hoe mijn loopbaan pad is verlopen? Je leest het hier.

 

Hoe anders is het als je al heel vroeg en heel duidelijk weet welke richting je uit wilt. Als je bijvoorbeeld weet dat je dierenarts wilt worden, of huisarts. Of dat je van jongs af aan weet dat je sportjournalist of anderszins schrijver wilt worden. Of piloot.

En hoe vervelend en moeilijk het dan is als je die kans niet krijgt. Bijvoorbeeld omdat je uitgeloot wordt voor betreffende studie. En al dan niet als overbrugging op zoek moet naar een alternatief, in de richting van wat je beoogt.

Of dat je na een kostbare studie bijvoorbeeld niet als piloot aan het werk komt en je maar tevreden moet zijn met een baan als luchtverkeersleider.

 

 

Als het beoogde werk er in de praktijk anders uitziet of je het anders ervaart dan je had gedacht

 

Bijvoorbeeld het werk als huisarts. Dat je na je studie geneeskunde en de driejarige opleiding tot huisarts erachter komt, dat de verantwoordelijkheid als huisarts jou te zwaar valt. En dat je daarom je geroepen voelt om op zoek te gaan naar een alternatief.

Of dat je als gezelschapsdierenarts veel moeite hebt met de tijdsdruk in de dierenartsenpraktijk waarin je werkt. Je voortdurend het gevoel hebt dat je productie moet maken, in plaats van dat je het dier en de klant de aandacht en de zorg kunt bieden, die jou voor ogen staan.

Of dat je tijdens je master tandheelkunde en het eigenlijke werk met patiënten, erachter komt dat voor jou het werk als tandarts te veel curatief is. Dat je liever een bijdrage levert aan preventie. En misschien ook niet onbelangrijk, dat communicatieve en sociale vaardigheden een belangrijke rol spelen in je werk. Terwijl jij het met name mooi vindt om als tandarts ‘vakwerk’ te leveren.

Zo kan ik nog legio voorbeelden noemen, voorbeelden waaruit blijkt dat de specifieke beroepspraktijk er toch net iets anders uit kan zien dan je had gedacht toen je de keuze maakte voor die richting.

Dan is het de kunst om een alternatief te vinden.

 

 

Alternatieven, al dan niet aansluitend bij de richting die je uit bent gegaan

 

In mijn coachtrajecten brengen we jouw interesses en kwaliteiten in kaart en de omgeving die het beste bij jou past. We staan stil bij wat werk voor jou betekent en de bijdrage die jij wilt leveren met je werk.

Dat alles vormt de input voor het profiel van jouw ideale werk. Dat is het antwoord op de vragen ‘Wat wil ik?’, ‘Waar wil ik dat?’ en ‘Wat is verder daarbij voor mij belangrijk?

Door het werken met ‘succesverhalen’ ervaar je letterlijk in je lijf waar je warm voor loopt. En welke alternatieven bij je passen.

Zo ervaarde een hbo-verpleegkundige die vastliep in haar werk als dialyseverpleegkundige dat ze energie krijgt van het werken met jonge kinderen. Ze heeft haar PABO-diploma weer ‘afgestoft’ en ze heeft, zoals ze het zelf noemt, ‘een heel leuke, fijne, positieve werkplek gevonden’. Ze gaat fulltime aan de slag als leerkracht.

De afgestudeerde huisarts heeft een mooi alternatief gevonden als arts bij de GGD. De masterstudent tandheelkunde heeft de overstap gemaakt naar bestuur en beleid in de gezondheidszorg.

De dierenarts is zich aan het oriënteren in de richting van het doen van research, uitwerken van casuïstiek, interpreteren van resultaten en adviseren met betrekking tot gezondheid en welzijn van dieren.

 

 

Tenslotte

 

Kun je wel wat tips gebruiken voor het maken van een loopbaanswitch? Die vind je hier:
Geen spijt van je loopbaanswitch
Hoe je succesvol een loopbaanswitch kunt maken
Als je een loopbaanswitch wilt maken, gaat je cv je niet helpen
Hoe je jouw LinkedIn profiel optimaliseert voor een loopbaanswitch
Drie aandachtspunten voor een succesvolle loopbaanswitch

 

 

 

 

Waarom het goed is om de tijd te nemen om stil te staan bij wat je echt wilt

 

Het is zo gek nog niet om een laatbloeier te zijn. Ik las het in een artikel in mtsprout. Het is goed om je de tijd te gunnen voor ontwikkeling en uitgebreid stil te staan bij wat je echt wilt. Want je bewust worden van je kwaliteiten en vervolgens ze op een voor jou zinvolle manier gebruiken om ze tot volle bloei te laten komen, is het fundament voor de ontwikkeling van een goed leven.

 

Debuut laatbloeier

copyright foto: Anton_Ivanov / Shutterstock.com

 

Het risico van zo vroeg mogelijk pieken en zo snel mogelijk carrière maken

 

Persoonlijke voldoening wordt te vaak ondergeschikt gemaakt aan professionele prestaties, volgens Rich Karlgaard, uitgever van Forbes Magazine en auteur van het boek Late Bloomers.

Vroeg presteren weerhoud je ervan om je passies te ontdekken.

In plaats van het hebben van diverse interesses, in de breedte te studeren en je tijd te nemen om jezelf te leren kennen, word je door je omgeving algauw aangemoedigd om een bepaalde richting te kiezen. En veilige, stabiele en lucratieve loopbaanpaden te volgen. Met als gevolg dat uitblinken in een specifieke beroepsrichting door velen wordt verkozen boven persoonlijke voldoening. Daardoor kunnen ze zichzelf in dat proces verliezen.

Dat doet mij denken aan iemand die ik heb geholpen met het maken van een cv, aangepast aan de vacature en het schrijven van een overtuigende sollicitatiebrief. Het betrof een zware functie. Een functie die een zware wissel zou trekken op zijn jonge gezin. Dat realiseerde hij zich goed. Hij besefte ook dat hij flinke concurrentie zou hebben van geïnteresseerden met meer levenservaring dan hij. Maar ondanks dat alles, wilde hij er als eind dertiger voor gaan. Voor hem was het een kans om een stapje hoger te komen op de ladder. En qua salaris in een hogere schaal. Helaas viel de keus op iemand met meer levenservaring dan hij. Voor zijn welbevinden misschien wel zo goed.

 

 

In plaats van vroeg pieken in een specialisme is het goed om je van jongs af aan breder te oriënteren

 

Het zijn juist de generalisten die op veel gebieden – vooral die complex zijn – uitblinken. Dat beschrijft David Epstein in zijn boek ‘Waarom generalisten verder komen’. Generalisten zijn creatiever, flexibeler en in staat om verbindingen te maken die hun meer gespecialiseerde collega’s niet zien.

Terwijl je misschien zelf als generalist zou denken, dat je minder waarde kunt leveren op de arbeidsmarkt omdat je geen specialisme hebt.

Ik hoor dat soms van coachklanten. Ze denken dat ze als generalist nergens écht goed in zijn, omdat ze zo breed georiënteerd zijn. Maar juist door die brede oriëntatie hebben ze zich breed ontplooid en breed ontwikkeld.

 

 

Met een laatbloeier is niets mis, integendeel

 

Het is goed om je de tijd te gunnen om je passies en je talenten te ontdekken.

Rich Karlgaard geeft in zijn boek Late Bloomers een wetenschappelijke verklaring voor het pas op latere leeftijd tot bloei komen.

Pas rond je vijfentwintigste zijn je hersenen voldoende ontwikkeld. Voor sommigen is dat zelfs nog iets later. En in feite pieken de capaciteiten van onze hersenen op verschillende leeftijden. We ervaren eigenlijk meerdere periodes van bloei in ons leven.

Doordat laatbloeiers de tijd nemen om hun weg in het leven te ontdekken, ontwikkelen zij sterke punten die zijzelf misschien niet direct als zodanig zien of ervaren. Bij die sterke punten kun je denken aan kwaliteiten als nieuwsgierigheid, inzicht, veerkracht, wijsheid, mededogen. Het zijn kwaliteiten die door werkgevers worden gewaardeerd en die zeker op een arbeidsmarkt die sterk aan verandering onderhevig is, heel waardevol zijn.

Levenservaring geeft laatbloeiers bovendien het voordeel dat ze minder gevoelig zijn voor wat anderen van hen denken. Ze zijn minder afhankelijk van de erkenning van anderen en ze hebben daardoor over het algemeen meer zelfvertrouwen. Als persoon ben je dan ook stabieler en voel je je vrijer.

 

 

Het is nooit te laat om jezelf te worden

 

Zo las ik dat Aristoteles zich pas wijdde aan schrijven en filosofie vanaf zijn vijftigste.

En aansprekend en misschien bekend is onderstaand voorbeeld, dat ik las in een artikel van Kevin Evers in Harvard Business Review:

In vrije vertaling:

Als je steeds weer vastloopt. Bijvoorbeeld zoals Joanne, een getalenteerde en creatieve vrouw, die hopte van baan naar baan in haar twenties, werkend als onderzoeker, secretaresse en docent Engels als tweede taal.

Ze was depressief, zag geen uitweg en voelde zich een totale mislukkeling. Maar ze eigende zich het gevoel van wanhoop toe en zette het om in iets positiefs. Doordat het haar niet gelukt was om een standaard loopbaan pad te volgen, voelde ze zich vrij om te doen wat ze altijd al had willen doen. Dat was fantasieverhalen schrijven voor kinderen. Zoals ze later zou vertellen, “Ik stopte met mezelf voor te doen alsof ik iemand anders was dan wie ik was.

Alle kans dat je van haar gehoord hebt of misschien zelfs werk van haar gelezen hebt.

Haar schrijversnaam is J.K. Rowling.

 

 

 

Ben je niet gelukkig met het loopbaan pad dat je tot nu toe gelopen hebt? En vraag je je, zoals een van mijn coachklanten, af ‘Wat zijn mijn ankers voor werkgeluk?’ en ‘Op welke plek in de organisatie functioneer ik het beste?’.

Neem contact met me op en leg je vragen aan me voor.

 

 

 

 

Waarom ondernemend zijn nog niet wil zeggen dat je geknipt bent voor het ondernemerschap

 

Een paar weken terug had ik een oriënterend gesprek met een coachklant. De plek waar ze werkt ervaart ze niet echt als inspirerend. Ze vindt de organisatie erg naar binnen gekeerd en de familiaire cultuur die er heerst past niet goed bij haar.

Graag zet ze een volgende stap in haar loopbaan met daarbij de vraag: ‘welke kant ga ik nu op?’ Wordt het een andere functie in hetzelfde werkveld of in een ander werkveld?

Andere grote organisaties in hetzelfde werkveld zijn het voor haar in elk geval niet. Wel andere, kleinere organisaties?

Innovatief en creatief zijn trekt haar aan. Ze ziet zichzelf als ondernemend en haar vraag is dan ook: ‘ben ik een ondernemer?’

En daarop aansluitend: ‘past zelfstandig ondernemerschap bij mij of is het voor mij voldoende om te ondernemen in mijn eigen loopbaan?’

 

Voor een succesvol ondernemer is ondernemend zijn niet genoeg

 

Zelfstandig ondernemerschap vraagt meer dan ondernemend zijn

 

Ondernemend zijn betekent nog niet dat je geknipt bent voor het ondernemerschap. Ook al is het wel een belangrijke competentie.

Als andere competenties die je nodig hebt om succesvol te zijn als ondernemer worden door ondernemers genoemd: doorzettingsvermogen, creativiteit, passie voor je product of je dienst, risico’s durven nemen, flexibiliteit, commercieel inzicht en betrouwbaarheid.

De Kamer van Koophandel noemt enthousiasme, flexibiliteit en doorzettingsvermogen als belangrijke persoonseigenschappen voor een ondernemer.

Naast die persoonseigenschappen moet je volgens de KvK ook over vaardigheden beschikken zoals bijvoorbeeld commercieel inzicht, marketing, netwerken en kennis van boekhouden. Die vaardigheden kun je leren.

 

 

Als ondernemer krijg je naast je eigen vak, er een vak bij

 

Het is goed om je te realiseren dat je als ondernemer naast je eigen vak er een vak bij krijgt; ondernemen en alles wat daarbij komt kijken.

En als je het net als ik, leuk vindt om je te ontwikkelen en te leren, dan gaat er een hele nieuwe wereld voor je open. Ik heb dan ook heel wat trainingen en cursussen gevolgd op het terrein van bijvoorbeeld marketing, financieel succesvol ondernemen, schrijven, SEO, systematiseren van bedrijfsprocessen.

Er komt naar mijn ervaring dus heel wat kijken bij zelfstandig ondernemerschap en ik heb de indruk dat het door menigeen wordt onderschat.

Overweeg je om een overstap te maken van loondienst naar zelfstandig ondernemerschap? Wil je inzicht in jouw ondernemersvaardigheden? Doe de test van de KvK.

 

 

Groei van aantal zelfstandig ondernemers

 

Zelfstandig ondernemerschap is erg in trek.

Volgens de cijfers van de Kamer van Koophandel groeide in 2022 opnieuw het aantal bedrijven in Nederland. Van bijna 2,2 miljoen begin 2022 naar ruim 2,3 miljoen bedrijven op 31 december. Al met al een groei van 5,7%. Het overgrote deel van die groei komt op conto van zzp’ers.

Op 1 januari van dit jaar was 17 procent van de werkzame beroepsbevolking een zelfstandig ondernemer zonder personeel. Een decennium geleden was dat nog 10 procent. De werkzame bevolking nam in de afgelopen tien jaar met 14 procent toe. Het aantal zzp’ers ging in die periode met 84 procent omhoog naar meer dan 1,6 miljoen. Inmiddels is 70 procent van alle ondernemingen te typeren als zzp’er, aldus de KvK.

 

 

Pros en cons van zelfstandig ondernemerschap

 

Afhankelijk van wat werk voor jou betekent en wat je terug wilt zien in je werk zul je aspecten van zelfstandig ondernemen zien als iets positiefs, dan wel iets negatiefs.

In zijn algemeenheid worden als positieve aspecten van zelfstandig ondernemerschap genoemd: eigen baas zijn, je eigen tijd indelen, werken wanneer en waar je wilt, meer verdienen, persoonlijke ontwikkeling, afwisseling en creatief werken. En ondernemen prikkelt je creativiteit en je probleemoplossend vermogen.

Een aantal van die aspecten hebben te maken met vrijheid. Kennelijk is vrijheid voor veel zelfstandig ondernemers cruciaal. Bijvoorbeeld voor Minou Üçerler. Haar uiteindelijke doel is stoppen op haar 35ste en gaan genieten.

Alsof je niet kunt genieten van je werk, denk ik dan.

Vrijheid is een voorbeeld van een waarde die voor de ene zelfstandig ondernemer ervaren wordt als een pré. Voor een ander kan het juist een van de redenen zijn om te stoppen met het zelfstandig ondernemerschap. Bijvoorbeeld voor een van mijn coachklanten. Als zelfstandig ondernemer mist hij structuur en ook collega’s en daardoor drive en energie.

Vrijheid betekent ook steeds zelf nieuwe opdrachten binnenhalen. De een gaat dat gemakkelijk af en voor zo iemand is het een leuk aspect van zelfstandig ondernemerschap, voor een ander is het een hell of a job. En kan het zelfs een reden zijn om na wikken en wegen te stoppen als zelfstandig ondernemer.

 

 

Positieve kanten van zelfstandig ondernemerschap worden vaak overschat en negatieve kanten onderschat

 

In de eerste zes maanden van 2022 zijn er 76.000 bedrijven opgeheven, het hoogste aantal sinds 2007 – het jaar dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) begon met meten. Vooral zzp’ers stopten ermee. Ongeveer vier van de vijf gestopte bedrijven waren van een zelfstanding ondernemer.

Sanne Wolters, freelancejournalist voor het AD en Nu.nl schreef een artikel over stoppen met zelfstandig ondernemen en interviewde mij als loopbaancoach.

Want wat als je een eigen bedrijf hebt, maar het ondernemen na een paar jaar toch tegen begint te vallen?

Lees het artikel van Sanne Wolters en laat je inspireren.

 

 

 

Ik ben heel benieuwd naar jouw ervaringen als zelfstandig ondernemer.

Wat heeft jou voor zelfstandig ondernemerschap doen kiezen?

En als je gestopt bent als zelfstandig ondernemer en weer in loondienst bent gegaan, wat heeft jou doen stoppen?

Zou je dat willen delen?

Door jouw afwegingen te delen kun je anderen inspireren, dan wel ondersteunen om te komen tot een besluit.

 

 

 

 

Waarom alleen een mooi loopbaanplan niet voldoende is om je doel te realiseren

 

“Visie op je loopbaan zonder moed is een droom; moed zonder visie is een ongeleid projectiel”.

Het zijn woorden van Marinka Lipsius. Zij schreef het boek Factor Moed!; durven kiezen en volharden in BV Nederland.

Wil je net als mijn coachklant uit mijn vorige artikel de wijde wereld in? Dan is het belangrijk dat je besef hebt van de koers die je wilt varen. Dat is jouw kompas.

Maar alleen een kompas is niet voldoende. Naast dat kompas is voor zo’n stap de factor moed cruciaal; het lef, de drive om het pad in de juiste richting te durven bewandelen.

Je hebt ze beide nodig. Want heb je een prachtig plan, maar ontbreekt de factor moed, dan zul je nooit echt in beweging komen. En moedige acties zonder een plan geven vaart, maar hoogstwaarschijnlijk niet in de juiste richting.

Wil je stappen zetten in je loopbaan, maar ontbreekt het besef van richting of de factor moed, dan valt het geheel in duigen.

 

Moed is naast een mooi loopbaanplan nodig, wil je jouw doel realiseren

 

Moedige acties zonder plan stagneren of worden een nachtmerrie

 

Als je niet weet waarnaar je op zoek bent, dan zul je het ook niet gauw vinden.

Zo mailde mij een potentiële klant:

“Ik ben op zoek naar een andere baan en ik merk in de gesprekken die ik onlangs heb gevoerd met recruiters dat ik het niet makkelijk vind om aan te geven waar ik goed in ben, wat mijn kernkwaliteiten zijn en mijn ambities. Ik kan hierin wel wat hulp gebruiken in de vorm van coaching”.

Heel moedig heeft zij vrijwillig gebruik gemaakt van een regeling om te vertrekken. En heel wijs maakt zij, na een vlotte start en eerste ervaringen met gesprekken op de arbeidsmarkt, pas op de plaats om haar richting te bepalen.

Doe je dat niet en wordt het een actie zonder richtingsbesef, dan loop je het risico dat jouw moedige actie ontaardt in een nachtmerrie.

Want als je niet weet wat je werkelijk wenst, dan ben je je bestemming kwijt, ben je stuurloos en op weg naar nergens.

 

Dat wil mijn coachklant uit mijn vorige artikel heel duidelijk voorkomen. Voordat hij de wijde wereld in gaat, start hij met het in kaart brengen van wat hij kan en wat hij wil. Hij gaat eerst zijn richting bepalen en vervolgens doelgericht daarop koersen. Het lef, de drive die daarvoor nodig is, is ruimschoots aanwezig.

 

 

Je hart volgen vraagt moed

 

Je hart volgen; we zeggen het zo gemakkelijk, maar zo makkelijk is het niet. Je hart volgen vraagt moed.  

Wist je dat het Franse woord courage (moed) afgeleid is van coeur (hart)? En zoals Loesje zo mooi aangeeft leven het meervoud is van lef?

 

Moed is niet hetzelfde als niet bang zijn. Het is leren met angst om te gaan.

Menigeen is bij grote onzekerheid geneigd om terug te gaan naar bekend terrein. Bijvoorbeeld in een baan te blijven hangen, ook al biedt die baan weinig uitdaging meer.

Ben je moedig, dan durf je je eigen angst aan te kijken, te erkennen en de onzekerheid tegemoet te gaan. Je durft stappen te zetten.

Bijvoorbeeld vrijwillig te vertrekken bij een reorganisatie en aan te geven “Zet mij maar op die lijst”. Of je baan in loondienst op te zeggen en te gaan voor zelfstandig ondernemerschap.

 

 

Moed vraagt een prijs, maar levert ook winst op

 

De consequenties van moed zijn van tevoren niet te voorspellen.

Zo is het bijvoorbeeld, ook voor mij als loopbaancoach, moeilijk te voorspellen hoeveel tijd en energie het mijn coachklant gaat kosten om zijn bakens te verzetten en zijn ideale baan te realiseren. Zeker als het gaat om een echte loopbaanswitch.

De winst van een moedige keuze en de prijs die je daarvoor betaalt zijn van tevoren niet op een balans uit te zetten.

Zou je dat wel kunnen, dan zou je een puur rationele afweging kunnen maken.

Maar over het algemeen werkt dat zo niet. Er is van tevoren meestal niet te bepalen wat jouw moedige gedrag kost en wat het oplevert.

 

Bij moedige keuzes speelt vaak een groot belang.

Dat maakt dat je bereid bent een zeker risico in te calculeren. Het grote belang is voor jou de winst. Je bent bereid daarvoor een prijs te betalen, ook al weet je niet zeker wat die prijs zal zijn.

 

 

Moed is wilskracht en wilskracht is te trainen

 

Moed is de juiste reactie op de impuls om hard weg te rennen en de verantwoordelijkheid niet op je schouders te nemen.

Men noemt het wel de deugd die je in staat stelt je vrees te weerstaan en te overwinnen.

 

Moed draagt bij aan geluk en aan het bereiken van je doelen.

Moed is onmisbaar omdat veel van wat goed en waardevol is in het leven, alleen bereikbaar is als je bereid bent er wat voor in de waagschaal te stellen.

 

Wil je je wilskracht alvast trainen?

Met een beetje wilskracht gaat je dat lukken. Maak gebruik van mijn tips in een van mijn vorige artikelen.

 

 

 

Vind je jezelf niet zo moedig?

Zie je moed als een talent, dat jij niet hebt?

Zou je graag wat meer moed willen ontwikkelen?

In een volgend artikel geef ik je een aantal inzichten en handreikingen, want moed kun je ontwikkelen. Zowel de twee peilers richtingsbesef en drive, als het fundament, jouw ego.