Wat wil ik zelf nou eigenlijk?
Een lange e-mail heeft hij me geschreven.
Na het ondertekenen van de vaststellingsovereenkomst is hij voortvarend aan de slag gegaan.
Hij heeft al volop gesprekken gevoerd met potentiële nieuwe werk- of opdrachtgevers.
Het lijkt erop dat er voor hem volop kansen zijn op de arbeidsmarkt.
Ook al moet natuurlijk nog blijken of interessante en prettige gesprekken daadwerkelijk leiden tot een mooie baan.
Deels is al duidelijk dat aanvankelijk enthousiasme van gesprekspartners bij nader inzien wat getemperd wordt.
Bijvoorbeeld uit bedrijfseconomische overwegingen.
Op dit moment ligt zijn focus op twee leuke bedrijven met naar zijn zeggen sympathieke mensen en mogelijkheden.
Maar terecht vraagt hij zich af:
Wat wil ik nou eigenlijk?
Bij beide bedrijven moet hij nog een vervolggesprek voeren.
Naar aanleiding daarvan zegt hij:
“Ik heb dus nog wel even”.
En:
“Ik zal de komende week gaan werken aan je opdrachten om je ook munitie te geven om vanuit jouw expertise mijn keuzeproces mogelijk te maken.”
Aan het uitwerken van die opdrachten is hij door de vele gesprekken die hij in korte tijd heeft gevoerd, nog niet toegekomen.
Vanuit mijn perspectief wordt de vraag ‘Wat wil jij zelf?’ steeds nijpender.
Het is dan ook goed dat hij zichzelf die vraag stelt.
En zich realiseert dat het antwoord op die vraag belangrijk is voor zijn zoekproces en de keuzes die hij daarin maakt.
Want vanuit mijn perspectief volgt hij tot nu toe de omgekeerde weg.
Hij volgt nu het pad van verkennen van mogelijkheden die bij hem zouden kunnen passen.
De mogelijkheden die zich voordoen zijn het uitgangspunt.
En hij kijkt vervolgens waar hij het beste in zou kunnen passen.
In mijn visie en aanpak ben jij het uitgangspunt.
Jij bent de bron.
Je hebt een helder beeld van je wilt.
Vervolgens ga je onderzoeken welke concrete mogelijkheden op de arbeidsmarkt passen in het profiel van jouw ideale werk.
Dat doet me weer denken aan een uitspraak van een van onze zonen, jaren geleden; “Ik pas die broek”.
In plaats van “Die broek past mij”.
Welke positie kies je? Wie of wat plaats je in het middelpunt?
Zeker bij zoiets belangrijks als werk, lijkt het mij cruciaal om jezelf in het middelpunt te zetten.
Dus jij als uitgangspunt.
Bepaal welke van jouw kwaliteiten je relatief het liefste inzet in het werk dat je doet en waar je relatief ook het beste in bent.
Onderzoek wat voor jou een omgeving is waarin jij goed gedijt.
Gedij je bijvoorbeeld het best in een klein familiebedrijf of bij een grote organisatie?
En waaraan wil je een bijdrage leveren?
Is dat bijvoorbeeld aan de groei/ontwikkeling van een organisatie of is dat bijvoorbeeld aan de kennisverbreding op jouw vakgebied?
Hoe ziet het profiel van je ideale werk eruit?
Wat wil je, waar wil je dat en wat is verder daarbij belangrijk?
Als je het bovenstaande scherp hebt, dan heb je criteria waar je keuzes aan af kunt meten.
Die criteria kun je zelfs nog een wegingsfactor meegeven.
Er zijn dus nogal wat afwegingen waarvan ik denk dat het goed is om die te maken, alvorens te komen tot een keuze.
Als werk tenminste meer voor je betekent dan alleen een bron van inkomsten.
Zou je wel ander werk willen, maar ben je geneigd om vooral te zoeken naar vacatures?
Om aan de hand van de beschrijving te beoordelen of je daarin past?
Bepaal eerst eens wat je zelf wilt. En onderzoek dan welke opties daarin passen.
Kom je daar zelf niet uit en kun je wel wat hulp gebruiken? Je weet me te vinden.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!